Wet werkelijk rendement box 3

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Eindhoven
Datum 23 september 2023

Vraag1

Algemeen
Wat vindt u van het voorstel in algemene zin?
Hieronder zijn vragen over enkele specifieke onderdelen van het voorstel opgenomen. U kunt hierop reageren als u hierover uw mening wilt geven.
Op zich een goed en eerlijk systeem om werkelijke winsten te belasten.
Het lijkt me echter niet redelijk om papieren/niet gerealiseerde winsten te belasten (in het voorstel zijn er maar een paar uitzonderingen) - dit veronderstelt dat de belastingbetaler ergens een pot geld heeft om belasting op niet gerealiseerde winsten uit te betalen. Bij gebrek daaraan zou een noodzaak kunnen ontstaan het activum te verkopen om de belasting te betalen.
De drempel op het aftrekken van verliezen op box 3 activa is niet rechtvaardig. Als jaarlijks niet gerealiseerde verliezen op deze manier worden verrekend dan betaal je ergens toch extra belasting. Bovendien wordt zo een drempel al snel onderwerp van politieke manipulatie om de overheidsinkomsten te verbeteren.

De rendementen in box 3 zouden gecorrigeerd moeten worden voor inflatie. 1% rente op spaargeld bij 10%. inflatie is geen positief rendement. Het is rechtvaardig dat de kosten van inflatie in deze door de overheid worden gedragen omdat zij voor een groot deel de inflatie veroorzaakt door extreem expansief monetair beleid, begrotingstekorten en belastingverhogingen.

Forfaitaire rendementen moeten worden afgeschaft - dit heeft in het verleden altijd geleid tot te hoge veronderstelde rendementen. Rendementen waarover belasting wordt betaald moeten een feitelijke, niet een politieke basis hebben.

Natuurlijk moet er geen box 3 belasting over de eigen woning geheven worden. Woningen worden betaald uit inkomen waar al belasting over betaald is. Als de aftrekbare hypotheekrente afgeschaft is, is het systeem gebalanceerd en hebben huiseigenaren

Ook verhuurde woningen moeten vrijgesteld worden van box 3 belasting. Er is een tekort aan woningen en investeringen in woningen moeten gestimuleerd worden.

Uitzonderingen voor startups etc. Dit zijn politieke besluiten, die vaak niet stabiel zijn en na een tijdje weer ingetrokken worden. Je kunt er dus geen beslissingen op baseren. In het algemeen moeten er in belastingen geen politieke uitzonderingen worden gemaakt. Uizonderingen zijn in feite vormen van belangenbehartiging van specifieke belangengroepen.

Vraag5

Aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden
In het huidige box 3-stelsel verlagen schulden de rendementsgrondslag op basis waarvan het forfaitaire inkomen wordt berekend. In box 3 vallen alle schulden van burgers die niet in box 1 (bijvoorbeeld voor de eigenwoning) of in box 2 (financiering van een aanmerkelijk belang) in de heffing worden betrokken. Niet vereist is dat sprake is van een causaal verband tussen de schuld en de bezitting in box 3. Schulden voor consumptiedoeleinden, zoals een auto of een vakantie, verlagen zodoende de rendementsgrondslag ondanks dat de auto doorgaans niet als bezitting is belast in box 3. In het huidige box 3-stelsel leidt een negatieve rendementsgrondslag (schulden zijn groter dan de bezittingen) niet tot een negatief inkomen. In het nieuwe box 3-stelsel is de rente van schulden aftrekbaar van het inkomen uit bezittingen en schulden. Ook hierbij is niet vereist dat de schulden waarvan de rente aftrekbaar is, moet zijn aangewend voor de aanschaf van een bezitting die in box 3 is belast. De rente van een lening voor bijvoorbeeld een vakantie is zodoende aftrekbaar. Nieuw is dat het inkomen uit box 3 wel negatief kan zijn als de (rente)kosten en negatieve waardemutaties groter zijn dan de inkomsten en positieve waardemutaties van bezittingen in een bepaald jaar.

Dit roept de vraag op of de aftrekbaarheid van rente van consumptieve schulden beperkt moet worden in het nieuwe stelsel. Wat vindt u hiervan?
Natuurlijk moet de rente op consumptieve kredieten niet aftrekbaar zijn. Het wakkert kredietopname en bijbehorende financiele problemen van gezinnen aan. Ook: waarom zouden mensen die geen kredieten opnemen moeten meebetalen aan de kredieten van anderen. Bovendien werken kredieten inflatie in de hand.

Vraag6

Onroerende zaken
a. Om onder het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen te vallen, moet sprake zijn van hoofdzakelijk eigen gebruik van de (vakantie)woning. Dit is 70%. Onder het voorstel wordt dit bepaald door weken en dagen te tellen. Een andere mogelijkheid zou zijn om bijvoorbeeld uit te gaan van een maximale huuropbrengst in verhouding tot de WOZ-waarde om zeker te stellen dat de woning vooral voor eigen gebruik is. Wij vernemen graag van u, hoe u denkt dat het zeker stellen dat er sprake is van hoofdzakelijk gebruik bij de eerste woning sparen en beleggen het beste te bepalen is.
b. In het voorgestelde ontwerp kan voor wat betreft onroerende zaken één woning (per huishouden) onder het forfait eerste woning sparen en beleggen vallen. Wanneer deze niet meer voldoet aan het criterium ‘hoofdzakelijk voor eigen gebruik’, maar bijvoorbeeld het gehele jaar wordt verhuurd, wordt de woning verplaatst naar een vermogenswinstregime voor onroerende zaken. Om arbitrage te voorkomen en het voor de belastingplichtige en Belastingdienst eenvoudig te houden, wordt voorgesteld dat de woning daarna niet meer terug kan naar het regime van het forfait voor de eerste woning sparen en beleggen. Ook niet wanneer deze daarna weer voor hoofdzakelijk eigen gebruik wordt gebruikt. Wij vragen uw input ten aanzien van dit voorstel, waar een afweging gemaakt moet worden tussen het voorkomen van arbitrage en uitvoerbaarheid én de feiten en omstandigheden die zich bij belastingplichtigen kunnen voordoen.
Zie algemene reactie

Vraag7

Afbakening startende innovatieve onderneming
Voorgesteld wordt om de waardemutaties van aandelen in startende innovatieve ondernemingen (startups en scale-ups) niet jaarlijks in de heffing te betrekken maar gecumuleerd bij verkoop (vermogenswinstbelasting). Voor de afbakening is het nodig om een definitie op te stellen. Voor zowel burgers die gebruik maken van de regeling als de Belastingdienst in het kader van de controle en handhaving is het van belang dat de voorwaarden voor toepassing van de regeling objectief kunnen worden bepaald. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de leeftijd en omvang van de onderneming, het aantal werknemers, de niet-verhandelbaarheid van de aandelen op een gereglementeerde markt, enzovoort. Het hanteren van algemene begrippen of open normen zoals ‘innovatief’ of ‘risicovolle investeringen’ kan leiden tot onzekerheid over het kunnen toepassen van de regeling en tot discussies tussen burgers en de inspecteur over de interpretatie van deze begrippen.

Wij vernemen graag van u welke objectief bepaalbare elementen u geschikt en wenselijk acht om de aandelen in startende innovatieve ondernemingen af te bakenen.
Zie algemene reactie