Wijziging Waterschapswet en Waterwet voor versterking toepassing profijtbeginsel bij watersysteemheffing, ruimte voor nieuwe ontwikkelingen en oplossen van enkele knelpunten
Reactie
| Naam | Anoniem |
|---|---|
| Plaats | Terwolde |
| Datum | 29 september 2022 |
Vraag1
Heeft u opmerkingen of suggesties voor de Concept wetswijziging en/of de toelichting?Wat vindt u van het voorstel ‘tariefdifferentiatie gebouwd’?
Als dit voorstel wordt opgenomen in de wet dan krijgen de waterschappen de mogelijkheid (niet de verplichting) om voor woningeigenaren en eigenaren van bedrijfspanden bij de watersysteemheffing verschillende tarieven te hanteren. Deze tarieven worden gebaseerd op het verschil in de WOZ-waardeontwikkeling tussen de woningen en bedrijfspanden.
Terwolde: 29-09-2022
Van: anoniem
Betreft: reactie op het onderdeel ’Tariefdifferentiatie gebouwd’
In de nieuwe wet wordt steeds gesproken over het profijtbeginsel. Het aanpassen van de waterschapsbelasting tarieven op grond van WOZ waarde, grootte, type gebruik en het voordeel daarvan om het draagvlak van de bijdrage te vergroten.
Wat ik mis in de gehele wetstekst is:
het aanpassen van de tarieven naar beneden indien sprake is van het ontbreken van diensten van het Waterschap aan de gebruiker, in deze bewoners gebouwd en ongebouwd.
In ons geval het niet bemalen van onze percelen. Derhalve is geen sprake van een profijtbeginsel aan onze kant.
Reeds in 2010 heb ik daar bezwaar tegen gemaakt en betrof het antwoord van het waterschap veel onjuistheden. In een telefonisch contact in 2011 werd ons aangeraden naar de rechter te stappen om dit recht te zetten. Aangezien de kosten daarvan zo hoog bleken te zijn, hebben we daarvan af moeten zien.
Nu vraagt u ons te reageren op de inhoud van de nieuwe wet, met name het onderdeel ‘Tariefdifferentiatie’. Alle beschrijvingen van het PROFIJTBEGINSEL gaan uit van de waarde van de te belasten onderdelen. En dat gebruikers naar rato van dit beginsel belast gaan worden en niet, zoals het nu het geval is, in algemene gelijke tarieven.
In dat geval zou ook sprake moeten zijn van het aangeven en benoemen van gevallen waarin er sprake is van GEEN-PROFIJT, of delen daarvan, en het naar beneden bij kunnen stellen van de tarieven..
Nergens spreekt de Wet daarover.
Dit is onze inbreng en we vernemen graag een reactie daarop