Wijziging van de Wet kinderopvang in verband met een structurele regeling voor meertalige dagopvang

Reactie

Vraag1

Casa Tweetalige Montessori IKC in Pijnacker biedt al 11 jaar tweetalige opvang aan (zowel BSO als KDV) we kunnen uit ervaring aangeven dat een eis van 50% van de openingsuren per dag voor de vreemde taal niet flexibel genoeg is voor een normale bedrijfsvoering en alleen maar meer administratieve druk met zich mee zal brengen. Een eis van minimaal één Nederlands sprekende beroepskracht op de groep is beter hanteerbaar (deze eis is in de gedoogbeschikking van de Gemeente Pijnacker-Nootdorp voor tweetalige KDV vastgelegd).

Een taaleis voor beroepskrachten die alleen de vreemde taal spreken zou alleen de vreemde taal moeten behelzen en niet het Nederlands. Het is voor het ontwikkelen van de tweede taal zelfs beter als beroepskrachten alleen maar de tweede taal kunnen spreken, omdat kinderen genoodzaakt zijn in de tweede taal te communiceren. Uit de ontwikkelingspsychologie blijkt dat kinderen heel gevoelig zijn voor het aanleren van taal in de leeftijd van 0-6 jaar. Het werkt daarbij het best om de taal te koppelen aan een begeleider (one face one language), dit onderschrijft nog eens extra dat er geen noodzaak is dat beroepskrachten die de tweede taal spreken ook moeten voldoen aan de Nederlandse taaleis.

Met de regelgeving van maximaal 50% een tweede taal van de openingstijden per jaar. Altijd minimaal één Nederlandssprekende beroepskracht op de groep en het one face one language principe scoren de kinderen die uitstromen van Casa Tweetalige Montessori IKC boven het landelijk gemiddelde in de Nederlandse taal.