Rnb

Reactie

Naam BCom Coen Hellwich
Plaats Halle
Datum 2 juni 2022

Vraag1

Reacties op het ontwerp van deze wijzigingsregeling.
Het volgende over de stand van het haas: Ik ervaar de stand van het haas in mijn (jacht)veld als stabiel, waarbij ik een toename verwacht voor de komende jaren omdat ik mij sinds dit jaar als jachthouder inzet voor een hogere stand door bijvoorbeeld het afspeuren naar (jonge) hazen vóór het maaien middels warmtebeeld-drone en/of honden.
Omdat maaien mijns inziens een grote populatiedruk oplegt, verwacht ik hiervan een merkbaar resultaat in tellingen.
Daarnaast is mijn opgedane ervaring dat er een verschuiving plaatsvindt in het dag-nachtritme, waardoor het haas meer zichtbaar is in schemer en nacht. Mijn tellingen zijn dan ook aanmerkelijk hoger in avond en nacht met behulp van warmtebeeldtechniek.
Voor wat betreft het konijn is de stand hier wisselend. Het ene jaar lopen er tientallen, het andere jaar vind ik veel dode exemplaren en zie ik er maar een paar rondhuppelen. Oorzaak: myxomathose en, met name, VHS. Jacht/schadebestrijding heeft op het voortbestaan van de populatie geen merkbare invloed. Wanneer de stand echter hoog is, treed er wel veel (graaf) schade op in slootkanten, moestuinen en greppels. In een jaar dat er weinig konijnen lopen, zijn we er juist zuinig op en vindt er geen afschot plaats. Wanneer de stand meer gereguleerd wordt, is mijn verwachting dat ziektes juist minder kans maken.
Een andere grote invloed op de populatie is de predatiedruk. Hiermee bedoel ik met name de druk op de biodiversiteit en daarmee ook op het haas, welke voor een groot deel te wijten is aan de enorme predatie door vos, hermelijn, bunzing, steenmarter, kraai, ekster, buizerd, verwilderde katten die sinds de invoering van de Flora-en Faunawet niet meer bestreden mogen worden. Vooral bij de hazen kun je dit goed waarnemen, bijvoorbeeld in de natuurterreinen van de Terrein beherende Organisaties, zieje bijna geen hazen, daar er vaak ook geen vossen en kraaien geschoten mogen worden.
Los van bovengenoemde eigen ervaringen: Er is geen goede basis (onderzoeksgegevens) waarop de voornemens van de minister gestoeld zijn. Telgegevens van bijvoorbeeld Sovon zijn volstrekt niet representatief. Dit kan ik weten omdat ik ook als patrijzenteller voor Sovon actief ben in mijn "rayon/gebied". Wanneer ik patrijzen ga tellen en de getelde hazen als "bijvangst" in ga voeren, benaderen de getelde hazen niet de daadwerkelijke stand. Dit omdat hiervoor betere telmomenten zijn en ook focus vereist is (iedere diersoort heeft immers zijn eigen gewoonten en gedrag).

Bijlage