Rnb

Reactie

Vraag1

Ik ben voor een jaarlijkse opening van de jacht op kleinwild (waaronder hazen en konijnen). De schade die door deze soorten wordt aangericht zal bij het sluiten van de jacht (en dus het stoppen met effectief wildbeheer) steeds verder toenemen. Door die schade komen boeren en de voedselvoorziening in de problemen. Daarnaast lopen de kosten van de alternatieve manieren van omgaan met (schade door) de konijnen- en hazenpopulatie snel op en dat betekent een grotere druk op de besteedbaarheid van algemene middelen (ons belastinggeld).
Het systeem waarbij jagers en boeren, door veelvuldig in het veld aanwezig te zijn en door jaarlijkse wildtellingen, onderbouwde informatie aanleveren bij de wildbeheereenheden (en zo ook bij de provincies waar het regionale beleid wordt bepaald), waarna per jachtveld wordt bepaald of en hoeveel de populatie bejaagd moet worden, is een prima systeem dat heel effectief functioneert. Het geeft ruimte voor maatwerk (wat bij een landelijk of provinciaal verbod per definitie onmogelijk is).
Uit de landelijke wildtellingen komt naar voren dat er geen krimpende populatie is die verandering van het huidige systeem zou vereisen.
Ik ben het eens met de standpunten van de belangenbehartigende organisaties zoals de Jagersvereniging en de NOJG.