Instemmingsbevoegdheid medezeggenschap funderend onderwijs op hoofdlijnen begroting

Reactie

Vraag3

1. Ik vrees dat in de praktijk in veel gevallen het kennisniveau onvoldoende is om tot een zinvolle en deugdelijke bijdrage aan de besluitvorming omtrent de hoofdlijnen van de bgeroting bij te dragen. Bedacht moet worden dat het gaat om ouders, leerlingen en personeel die onbezoldigd op vrijwillige basis en veelal zonder financiële achtergrond, zonder extra investering (in tijd en geld) de merites van de (hoofdlijnen van) de begroting in veel gevallen niet goed zullen kunnen doorgronden. Het nieuwe artikel 28 Wms faciliteert verhoging van de deskundigheid, maar het gebruik daarvan zal beperkt (en onvoldoende) zijn.

2. Het begrip "hoofdlijnen" leidt tot een grote mate van onduidelijkheid van wat wel en wat niet onder het bereik van het instemmingsrecht valt.

3. De (G)MR is (ook om de reden genoemd onder 1.) niet het juiste orgaan om incidenten te voorkomen. Die taak ligt eerder bij een Raad van Toezicht c.q. bij externe (accountants)controle of verantwoordingsplicht.