Instemmingsbevoegdheid medezeggenschap funderend onderwijs op hoofdlijnen begroting
Reactie
Naam
|
K Van Kooij
|
Plaats
|
Diepenheim
|
Datum
|
19 mei 2016
|
Vraag1
Geeft deze wijziging voldoende houvast voor uitvoering in de praktijk van de medezeggenschap op scholen? Waarom wel, waarom niet?
Dat ligt eraan hoe goed de term 'hoofdlijnen' is gedefinieerd en of die definitie ook ruimte laat om ook echt ergens over te beslissen.
Daarnaast is de begroting van (onze) MR ongeveer €20.000,- groot, dus eigenlijk maar minimaal. Waardoor er ook weinig is om over te beslissen.
Vraag2
Hoe kan het begrip ‘hoofdlijnen van de begroting’ worden ingevuld, op een manier die het gesprek tussen bestuur en medezeggenschap over investeringen in de kwaliteit van onderwijs stimuleert?
Dat is een hele goede vraag. Gezien de beperkte omvang van de begroting is een verdere veralgemenisering eigenlijk weinig zinvol. Het overgrote deel van het geld wordt door het overkoepelende bestuur verdeeld, daar heeft de GMR iets over te zeggen.
Voor de GMR kan het zinvol zijn de verdeling over de scholen te beoordelen en wellicht de verdeling over de posten. Dus percentages in plaats van absolute bedragen.
Vraag3
Hebt u andere reacties of suggesties bij dit wetsvoorstel? U kunt hieronder reageren
Onder de streep ben ik wel voor het instemmingsrecht.