Wet op de politieke partijen

Reactie

Naam A. Nicola
Plaats Steenwijk
Datum 13 februari 2023

Vraag1

Wat vindt u van het wetsvoorstel Wet op de politieke partijen?
De Artikelen 86/87 (Hfdst 11) van uw wetsvoorstel om politieke partijen te verbieden op basis van de vage aanduiding " . . . een daadwerkelijke en ernstige bedreiging voor een of meer grondbeginselen van de democratische rechtsstaat . . . " is strijdig met de uitgangspunten van een democratische rechtsstaat (zie o.a. Voltaire / Tallentyre). Casu quo artikel 86 is een contradictio in terminis.
Deze ingreep in het bestaande model toont minachting voor het oordeelsvermogen van de kiezer.
Een partijverbod is een methode om onwelgevallige visies te censureren (de geschiedenis noemt zoiets fascisme).

Aangezien het idee achter democratie is gebaseerd op het principe van een meerderheid van stemmen, kan een kwaadaardig idee vanzelf, vanwege een gebrek aan steun, verdwijnen. Daarvoor is geen rechterlijke uitspraak nodig.

Mocht een door de zittende macht ongewenste visie (over klimaat, immigratie, gezondheidszorg, onderwijs o.i.d.) toch een meerderheid aan steun krijgen, dan dient in een democratie hiermee ook rekening te worden gehouden.

Een partij die wetten overtreedt kan binnen het bestaande bestel al worden aangepakt.

Bovendien is het instellen van een speciale "autoriteit" (Hfdst. 9 art. 75 -80) ten behoeve van het toezicht op deze wet, waarbij ook nog een uitzonderingspositie bestaat m.b.t. de kaderwet zelfstandige bestuursorganen, een Kafkaëske ontwikkeling.

Deze wetgeving is een democratie onwaardig.

Als een wetgever door een dergelijke ingreep, blijk geeft van een streven naar volledige controle van alle macht (en macht corrumpeert zoals u weet), dan is er absoluut geen sprake meer van een democratische rechtsstaat.