Wet tot wijziging van de Wet stelsel openbare bibliotheekvoorzieningen en enkele andere wetten in verband met o.a. een zorgplicht voor gemeenten

Reactie

Vraag1

Algemeen
Meerdere gemeenten gaan naar eigen zeggen uit geldnood de extra te ontvangen Rijksmiddelen in mindering brengen op de subsidie die zij aan de bibliotheken op jaarbasis verstrekken. Met het zogeheten ravijnjaar in het vooruitzicht zien zij zich hiertoe genoodzaakt.
de intentie van het Ministerie van OC&W om met deze (bestemde) middelen gericht de bibliotheekfunctie te versterken wordt hiermee grotendeels teniet gedaan. Bibliotheken hebben hun dienstenportfolio de afgelopen jaren uitgebreid maar worden voor de exploitatiekosten steeds minder gefinancierd. Specifieke uitkeringen en impulssubsidies zijn er in overvloed, maar de subsidiëring van de basale exploitatie gaat steeds verder achteruit. Deze onbedoelde uitwerking van de Wet tot wijziging Wsob zou gecorrigeerd moeten worden. Het zou goed zijn de normen voor zorgplicht in de wet scherper te stellen. Rijksmiddelen moeten terecht komen waar ze horen en gebruikt kunnen worden voor het doel waarvoor ze in het leven zijn geroepen. Binnen het wetsvoorstel moet dan ook aandacht besteed worden aan de geldstroom en de wijze van inzetten van deze gelden.
M.b.t. openingstijden kan mijns inziens niet worden volstaan met “die voor ten minste een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen aantal openingsuren met professionele personeelsbezetting geopend is.” Het lijkt me dat een volwaardige bibliotheek moet voldoen aan een vooraf vast te stellen minimaal aantal openingsuren, strokend met de certificeringseisen.
M.b.t. De landelijke digitale bibliotheek: bij verschillende partners worden digitale toepassingen ontwikkeld die niet door de KB worden opgenomen in het aanbod, hoe interessant of helpend een bepaalde dienst ook zou kunnen zijn indien breed uitgerold bij alle bibliotheken. Het zou de klanten van bibliotheken verder helpen, de prijs per bibliotheek zou sterk naar beneden bijgesteld kunnen worden en de bibliotheken die een laag bedrag per inwoner ontvangen zouden veel minder achtergesteld worden bij de bibliotheken in gemeenten die wel een hoge bijdrage ontvangen.
Wanneer we de mond vol hebben van het bestrijden van kansenongelijkheid is dit een stap die gezet moet worden en een rol die de KB wat mij betreft veel meer en steviger zou moeten pakken.