Wet centralisatie ondersteuning onderwijs aan zieke leerlingen en studenten

Reactie

Naam A Lam
Plaats Alkmaar
Datum 25 februari 2022

Vraag1

Denkt u dat met de beoogde nieuwe structuur, een landelijke organisatie met een regionale infrastructuur, de positieve punten van de oude structuur, zoals nabijheid, laagdrempeligheid en snelheid, voldoende worden behouden?
In het IAK staat "ontwikkelingen in het medische veld maken dat specialistische zorg steeds vaker wordt gecentraliseerd", maar is dat wel zo, zijn het niet ontwikkelingen in het politieke veld die centralisatie afdwingt waar niemand in het medische veld op zit te wachten? "We moeten centraliseren, om mee te bewegen met de centralisatie" is een cirkelredenering.

Uit de rest van het IAK maak ik op dat het enige probleem de verouderde regelgeving rond de subsidies is. De dienstverlening in het veld is goed geregeld, alleen met de huidige regelgeving lukt het niet de geldstromen er goed omheen te plooien. Het ligt dan voor de hand om een centraal punt in te richten die voor de nodige aanpassingen kan zorgen: bottom-up de wetgever adviseren wat er aan de regelgeving moet veranderen om actueel te blijven, en top-down de geldstromen bijsturen in situaties waarin de regelgeving van het moment niet voorziet, op basis van een clausule in de regelgeving die dat centrale punt de bevoegdheid daartoe geeft.

Het hier voorgestelde instrument, een stichting die werkgever wordt van de betreffende dienstverleners, is een verkeerde hamer op de verkeerde kant van de spijker. Het gevaar is levensgroot dat die stichting de dienstverleners top-down gaat aansturen en dus de huidige, goed werkende dienstverlening gaat verstoren. Tegelijkertijd valt de prikkel voor de overheid weg om een vinger aan de pols te houden of alles nog naar wens verloopt. De overheid vertrouwt op de stichting, de stichting vertrouwt op zichzelf, en de mensen in het veld (zorgverleners + klanten) worden de dupe van verslechtering die te laat wordt bijgestuurd door degenen naar wie de macht om bij te sturen is verlegd. De vraag is niet of maar wanneer het systeem zal ontsporen.

Heel algemeen: hoe groter een menselijke organisatie, hoe lastiger het is om het overzicht te behouden, dus hoe groter de kans op ontsporingen. Ook al heeft iedereen de beste bedoelingen, zonder zicht op het functioneren van de organisatie als geheel gaan er vroeg of laat dingen fout. We hebben dit onder meer gezien bij de belastingdienst (KOT-affaire), maar dit voorbeeld staat niet op zichzelf.

Wijsheid lijkt mij dus om geen stichting maar een denktank in te richten, die bottom-up de overheid adviseert wat er aan de regelgeving moet veranderen om actueel te blijven, en top-down de bevoegdheid heeft om de geldstromen alvast om te buigen in lijn met die adviezen.

Vraag2

Vindt u dat met de beoogde nieuwe structuur de toekomstbestendigheid en flexibiliteit van de voorziening voldoende worden gegarandeerd?
Verkeerde vraag. Het gaat om de flexibiliteit van de regelgeving, om de geldstromen rond de goed werkende voorzieningen te plooien. Een probleem aan de geldstroom-kant los je niet op aan de kant van de diensten die tegenover dat geld staan.

Maar om toch de hier gestelde vraag te beantwoorden: de toekomstbestendigheid en flexibiliteit van de voorziening worden met de beoogde nieuwe structuur niet gegarandeerd maar juist ondermijnd. Het gevaar is levensgroot dat de stichting de dienstverleners top-down gaat aansturen en dus de huidige, goed werkende dienstverlening gaat verstoren. Tegelijkertijd valt de prikkel voor de overheid weg om een vinger aan de pols te houden of alles nog naar wens verloopt. De overheid vertrouwt op de stichting, de stichting vertrouwt op zichzelf, en de mensen in het veld (zorgverleners + klanten) worden de dupe van verslechtering die te laat wordt bijgestuurd door degenen naar wie de macht om bij te sturen is verlegd. De vraag is niet of maar wanneer het systeem zal ontsporen.