Zoekresultaat

3160 resultaten
U heeft gezocht op:

Sorteren op:
  • Vereenvoudiging en digitalisering rechtspraak

    Vereenvoudiging van het burgerlijk procesrecht en digitalisering van procedures in burgerlijk recht en bestuursrecht. Zie ook de toelichting op de consultatiestukken.

  • Vereenvoudiging taxiregelgeving

    Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat bereidt een wijziging van het Besluit Personenvervoer 2000 (Bp2000) voor. Met deze wijziging wil de staatssecretaris de taxiregelgeving verder vereenvoudigen. De vereenvoudiging is gericht op het terugdringen van onnodige lastendruk voor de sector en verruiming van de mogelijkheden voor het flexibel en vraaggericht inrichten van vervoer. Ook worden enkele wijzigingen doorgevoerd om het Bp2000 in lijn te brengen met Europese aanbestedingsregels.

  • Vereenvoudiging taxiregelgeving

    In het najaar van 2014 en voorjaar van 2015 heeft evaluatie van het taxibeleid en de taxiregelgeving plaatsgevonden. Op basis van de evaluatie heeft de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu de Tweede Kamer bij brief van 5 mei 2015 toegezegd de regelgeving op een vijftal onderdelen te versoepelen. Met deze ministeriële regeling wordt uitvoering gegeven aan deze toezegging.

  • Vereisten mbo-docenten basisvaardigheden

    Het doel van het wetsvoorstel is om te zorgen dat docenten Nederlands, rekenen en burgerschap goed zijn opgeleid, zodat studenten onderwijs krijgen van kwalitatief goede docenten. Om dit doel te bereiken, worden docenten Nederlands, rekenen en burgerschap verplicht om via een behaalde opleiding aan te tonen dat ze over de juiste kennis vaardigheden beschikken. In de praktijk betekent dit dat een docent die over een pedagogisch-didactisch getuigschrift (PDG) of getuigschrift van een niet aanverwante eerste- of tweedegraads lerarenopleiding beschikt, een extra opleidingstraject zal moeten volgen (maximaal 30 studiepunten) om nog ingezet te kunnen worden voor het verzorgen van onderwijs in Nederlands, rekenen of burgerschap. Dit opleidingstraject is gericht op vakinhoud en vakdidactiek Nederlands, rekenen of burgerschap in het mbo.

  • verhittingsapparaten en standaardverpakkingen e-sigaretten en sigaren

    In deze AMvB wordt een grondslag gecreëerd om bij ministeriële regeling eisen te stellen aan het uiterlijk van de verpakkingen van sigaren en elektronische dampwaar. Ook wordt in deze AMvB een grondslag gecreëerd om bij ministeriële regeling regels te stellen ten aanzien van de aanduidingen op verpakkingen van elektronische verhittingsapparaten.

  • Verhoging boetebedrag dat reiziger verschuldigd is indien hij reist zonder geldig vervoerbewijs.

    Het boetebedrag dat vervoerders aan zwartrijders in rekening kunnen brengen wordt verhoogd van 35 euro naar 50 euro. Hiermee moet het aantal zwartrijders verminderen.

  • Verhoging kindgebonden budget vanaf tweede kind

    Het kabinet heeft besloten om de koopkracht van kwetsbare groepen in 2022 te repareren. Zonder reparatie zouden gezinnen met kinderen er volgend jaar minder in koopkracht op vooruit gaan dan huishoudens zonder kinderen. Daarom verhoogt het kabinet het maximumbedrag van het kindgebonden budget per kind per 1 januari 2022 vanaf het tweede kind met € 70,– per jaar. Omdat het kindgebonden budget inkomensafhankelijk is, komt dit geld terecht bij de gezinnen die dit het hardst nodig hebben.

  • Verhoging strafmaxima en uitbreiding rechtsmacht mensensmokkel

    Dit conceptwetsvoorstel wijzigt het Wetboek van Strafrecht op twee onderdelen. In de eerste plaats wordt de rechtsmacht over mensensmokkel uitgebreid. Dat betekent: meer mogelijkheden om buitenlandse daders in Nederland te vervolgen voor mensensmokkel. In de tweede plaats worden de wettelijke strafmaxima voor alle vormen van mensensmokkel verhoogd.

  • Verhoging strafmaxima grootschalige drugscriminaliteit

    Met dit wetsvoorstel worden de gevangenisstraffen die in de Opiumwet zijn gesteld op het opzettelijk aanwezig hebben, de handel, de productie en de in- en uitvoer van harddrugs verhoogd. Nu gelden maximale gevangenisstraffen van twaalf jaar (in- en uitvoer), acht jaar (handel en productie) en zes jaar (aanwezig hebben). Voorgesteld wordt deze strafmaxima als volgt te verhogen: de maximale gevangenisstraf voor de in- en uitvoer wordt zestien jaar, voor de handel en productie wordt deze twaalf jaar en voor het aanwezig hebben acht jaar. De gevangenisstraf die is gesteld op het plegen van voorbereidingshandelingen ten behoeve van harddrugsdelicten wordt verhoogd van zes jaar naar acht jaar.

  • Verhoging strafmaximum deelneming terroristische organisatie

    Deelneming aan een terroristische organisatie is sinds 2004 strafbaar op grond van artikel 140a van het Wetboek van Strafrecht. Op dit moment geldt een maximale gevangenisstraf van 15 jaar. Dit strafmaximum is sinds 2004 niet meer gewijzigd. Terwijl terroristische organisaties zich sindsdien hebben ontwikkeld. Deelnemers van terroristische organisaties zijn bereid tot het plegen van de meest ernstige misdrijven. Daar hoort een hoog strafmaximum bij. Daarom wordt in dit wetsvoorstel geregeld dat het strafmaximum wordt verhoogd naar 20 jaar gevangenisstraf. Dat strafmaximum is gelijk aan de straf gesteld op poging tot of medeplichtigheid aan de meest ernstige levensdelicten.