Zoekresultaat

141 resultaten
U heeft gezocht op: Belasting

Sorteren op:
  • Regeling vrachtwagenheffing

    Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat werkt aan de Regeling vrachtwagenheffing. Deze regeling is een noodzakelijke nadere uitwerking van de Wet vrachtwagenheffing. Deze wet is in 2023 (gedeeltelijk) in werking getreden.

  • Wet identificatie houders aandelen aan toonder

    Wetsvoorstel identificatie houders aandelen aan toonder

  • Wet inhoudingsplicht houdstercoöperatie en uitbreiding inhoudingsvrijstelling

    Nv’s/bv’s zijn inhoudingsplichtig voor de dividendbelasting. Een coöperatie, ook als die als houdstercoöperatie in internationale structuren wordt gebruikt, is niet inhoudingsplichtig. Dit ontwerp bevat maatregelen om dit verschil op te heffen. Ook de inhoudingsvrijstelling wordt uitgebreid richting derde landen waarmee Nederland een volledig belastingverdrag heeft gesloten. Dekkingsmaatregelen, die binnen het domein van het bedrijfsleven liggen, worden in het definitieve wetsvoorstel opgenomen.

  • Uitbreiding btw-herzieningsregels voor kostbare diensten

    De consultatie betreft de voorgenomen uitbreiding van de btw-herzieningsregels voor zogenoemde kostbare diensten. Onder deze kostbare diensten worden (investerings)diensten verstaan die aan een ondernemer worden verricht en door die ondernemer over langere tijd binnen zijn onderneming worden gebruikt. Deze diensten worden doorgaans op de balans geactiveerd en over meerdere jaren afgeschreven. Daardoor vertonen deze diensten dezelfde kenmerken als investeringsgoederen binnen de onderneming.

  • Consultatiedocument implementatie ATAD1

    Onder Nederlands voorzitterschap is een Europese richtlijn tegen belastingontwijking tot stand gekomen, de zogenoemde ‘Anti Tax Avoidance Directive’ (hierna: ATAD1). ATAD1 biedt een minimumharmonisatie ter bescherming van de belastinggrondslag. Met dit conceptwetsvoorstel wordt beoogd ATAD1 te implementeren in nationale wetgeving. De implementatie leidt tot wijzigingen in de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (Wet Vpb 1969) en de Invorderingswet 1990 (Invorderingswet).

  • Wet aanpak belastingontduiking

    Deze consultatie bevat een deel van de maatregelen die de staatssecretaris van Financiën in zijn brief van 17 januari 2017 aan de Tweede Kamer heeft aangekondigd om belastingontduiking aan te pakken. Het betreft een beleidsdocument over de openbaarmaking van vergrijpboeten opgelegd aan deelnemers aan een beboetbaar feit (juridische beroepsbeoefenaren/adviseurs) en conceptwetteksten waarin vier invorderingsmaatregelen zijn uitgewerkt die bijdragen aan de aanpak van verhaalsconstructies.

  • Amvb waardeoverdracht klein pensioen

    Ter uitvoering van de Wet waardeoverdracht klein pensioen bevat dit besluit bepalingen met betrekking tot: 1. het proces van zo automatisch mogelijke waardeoverdracht van kleine pensioenen; 2. de voorwaarden die zijn verbonden aan waardeoverdracht van bestaande kleine pensioenen; 3. de communicatieverplichtingen richting de gewezen deelnemers wiens klein pensioen automatisch wordt overgedragen bij einde deelneming.

  • Wetsvoorstel gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden

    Met dit wetsvoorstel wordt beoogd de uitwisseling en verwerking van gegevens te verbeteren tussen instanties die met elkaar samenwerken bij de aanpak van bijvoorbeeld de bestrijding van ondermijnende criminaliteit, van verstoring van de openbare orde en veiligheid, of van misbruik van overheidsgeld en sociale voorzieningen.

  • Herziening rulingpraktijk

    Staatssecretaris Snel van Financiën bekijkt op welke manier de rulingpraktijk in de Belastingdienst kan worden herzien. Het gaat daarbij om het geven van zekerheid vooraf door middel van rulings met een internationaal karakter. Input op deze herziening wordt gevraagd op drie onderdelen, ‘inhoud’, ‘proces’ en ‘transparantie’.

  • Versterking cassatierechtspraak

    Met dit wetsvoorstel wordt een versterking van de cassatierechtspraak beoogd door andere en nieuwe eisen te stellen aan advocaten die als procesvertegenwoordiger optreden voor de Hoge Raad en door de introductie van de mogelijkheid tot niet-ontvankelijkverklaring van een cassatieberoep aan het begin van de procedure.