Afschaffen collectiviteitskorting zorgverzekering

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Utrecht
Datum 4 januari 2021

Vraag1

U kunt reageren op het gehele wetsvoorstel en de bijbehorende memorie van toelichting. Indien mogelijk, wordt u verzocht in te gaan op de invoering van het wetsvoorstel per 2023.
Onderstaande reactie is afkomstig van Vereniging Gepensioneerden Rabobank (VGR). Van onze ruim 7.000 leden zijn meer dan 95% aangesloten op een zorgcollectiviteit (met Zilveren Kruis (ZK)), leidend tot 10.500 verzekerden. Genoemde collectiviteit is weer onderdeel van de collectiviteit van Rabobank, waaraan nog eens zo'n 50.000 verzekerden deelnemen.
Wij kunnen ons vinden in veel van de beëindigingsargumenten genoemd in het wetsvoorstel, zeker waar het gaat om de kruissubsidiering en grote hoeveelheid collectiviteiten. We vrezen echter ook het spreekwoordelijk weggooien van het kind met het badwater.
Als bestuur van de VGR bevorderen wij namelijk zeer actief, mèt ZK, de zorginhoudelijke aspecten van de collectiviteit. Samen met ZK zetten we ons in op aandacht voor: preventie, duurzame zelfredzaamheid, e-healthtoepassingen, leefstijl, positieve gezondheid, eenzaamheid, slapen, wonen, beweging etc. Dit via de jaarlijkse (mee door ZK gefinancierde) Vitaliteitsdag met relevante sprekers en op zeer regelmatig basis in ons periodieke lijfblad en de website. De extra aandacht vanuit VGR bevordert de bewustwording van onze leden, individueel en in grotere verbanden) zeker. Periodiek voeren wij overleg met ZK, waarin over en weer suggesties/verbeterpunten worden gedaan. Deze invloed naast de collectiviteitskorting maakt dat we zoveel extra aandacht aan de gezondheid van onze leden (kunnen) geven. We pleiten dan ook voor (zeker voorshands, om de zorgverzekeraars hier nog meer werk te doen maken) continuering van de huidige korting en adviseren ingaande 2022 een ondergrens van minimaal 1.000 verzekerden per collectiviteit aan te houden, een omvang waarbij vanuit de polishouder ook extra werk gemaakt kàn worden van verdieping van de zorginhoudelijk aspecten. Mvrgr, G.D. Stegeman/P. van Hees