Wetsvoorstel vereenvoudiging en modernisering bewijsrecht

Reactie

Naam R.P. Wouters
Plaats Gilze
Datum 28 juli 2018

Vraag1

Wilt u reageren op het conceptwetsvoorstel en de memorie van toelichting?
Huidig artikel 419, lid 2 Rv:
"De feitelijke grondslag der middelen kan alleen worden gevonden in de bestreden uitspraak en in de stukken van het geding."

Wijziging aan artikel 419, lid 2 Rv:
Bij de Hoge Raad zou de feitelijke grondslag voortaan ook gebaseerd moeten kunnen worden op een van de vijf onderstaande categorieën:

1. Feiten van algemene bekendheid,
2. Wetgeving en recht, wanneer zij als feiten worden aangemerkt,
3. Officiële bekendmakingen welke op de daartoe aangewezen wijze (algemeen) bekend zijn gemaakt,
4. Wettelijke voorschriften welke in het Staatsblad zijn geplaatst,
5. Wetten in formele zin op grond van artikel 81 Gw, welke in het Staatsblad zijn geplaatst,

De Hoge Raad kan nu geen oordeel geven omtrent feiten van algemene bekendheid. De Hoge Raad kan namelijk in het geheel geen oordeel geven over feiten welke niet in de uitspraak of in de stukken van het geding staan, dit volgt uit artikel 419, lid 2 Rv.

De expertgroep Hammerstein heeft eerder het volgende geconcludeerd, zie onder inhoudelijke uitgangspunten, nummers 7 en 8: de tekst stuur ik als bijlage mee. Helaas kan de tekst niet worden meegestuurd. Maar u kunt de tekst zelf vinden op overheid.nl, onder officiële bekendmakingen. Het gaat hierbij dus om het advies van de expertgroep Hammerstein.


Ik vind het onwenselijk dat de Hoge Raad zich niet ambtshalve over wettelijke voorschriften van de Staat aangemerkt als feiten kan buigen, welke juist algemeen bekend zijn gemaakt in het Staatsblad, op het algemeen toegankelijke internet. Burgers kunnen zo alleen hun recht halen wanneer zij de overheid op actieve wijze in herinnering brengen wat deze overheid nota bene zelf heeft vastgesteld en algemeen bekend heeft gemaakt. Dit terwijl er bewijstechnisch geen moeilijkheden bestaan voor de Hoge Raad bij het vaststellen van wat er in officiële bekendmakingen staat, zoals in het Staatsblad. Daarom wil ik u vragen mijn bovenstaande voorstel in het wetsvoorstel door te voeren.