BHOS-beleidsnota

Reactie

Naam TU Delft | Global Initiative (MSc R Kamerling)
Plaats Den Haag
Datum 13 april 2022

Vraag2

Nederland kent een lange traditie van publieke private samenwerking. Nu de mondiale uitdagingen steeds groter worden, is het van belang deze publiek-private samenwerkingen te verdiepen en te versnellen. De duurzame ontwikkelingsdoelen zijn in 2015 vastgesteld als actieplan voor overheden, bedrijven, kennisinstellingen en burgers om duurzame ontwikkeling te verwezenlijken wereldwijd.

2. Hoe kunnen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen beter samenwerken om de duurzame ontwikkelingsdoelen te halen?

(EN)
The Netherlands has a long tradition of public-private partnership. As the global challenges grow ever bigger, it is important to deepen and accelerate these partnerships. The Sustainable Development Goals were presented in 2015 as a plan of action for governments, companies, knowledge institutions and private individuals to achieve sustainable development worldwide.

2. How can government, the private sector and knowledge institutions work together better to achieve the Sustainable Development Goals?
Publiek-private samenwerking wordt in Nederland (en Europa) pas effectief (d.w.z. echt nieuwe producten, diensten, werkwijzen worden gemaakt en gebruikt) na jaren van proberen en doorontwikkelen. De eerste samenwerkingen op projectbasis tussen partners zijn relevant vanwege het gezamenlijk leren, elkaars werelden en toegevoegde waarde leren kennen. Na structurele lange termijn samenwerking komen de echte vruchten van deze investeringen.
In de internationale samenwerking met LMICs, zijn de publiek-private samenwerkingen vaak op projectbasis en ad hoc. Samenwerking tussen kennisinstellingen in NL en LMICs kan langjarig ingezet worden, omdat deze instellingen doorgaans langere termijn ambities hebben dan bedrijven. Een echte onderwijs en onderzoeksamenwerking wordt voor zeker 5-10 jaar aangegaan en is heel beperkt vatbaar voor politieke wisselingen. Als het onderwerp van de onderzoek samenwerking strategisch geselecteerd wordt (bijv. langs de SDG lijnen) in samenspraak met NL bedrijsfleven, dan kunnen deze profiteren van de gecreeerde brug tussen beide landen, middels de toegang tot nieuwe kennis/producten, talent op de universiteit, launching customers in gezamenlijke onderzoeksprojecten, stages en betrouwbare introductie bij overheden via universitaire netwerken.

Vraag5

Thema’s en sectoren van de toekomst
Nu de wereld in transitie is om een goede toekomst voor ons en de generaties na ons te bewerkstelligen verandert de focus van bedrijven, overheid en kennisinstellingen.

5. Op welke thema’s of sectoren ziet u kansen om internationaal te ondernemen?

(EN)
Themes and sectors of the future
The focus of companies, governments and knowledge institutions is changing in light of the global transition to ensure a bright future for current and future generations.

5. In which themes or sectors do you see opportunities for international enterprise?
Duurzame energie oplossingen voor gebieden zonder toegang tot (betrouwbare) electriciteit, medische technologie, ICT

Vraag8

Innoveren op OS

Nederlandse internationale samenwerking is flexibel en kennisintensief, we zijn vernieuwend. Zo ontwikkelt Nederland nieuwe manieren van werken en partnerschappen die daarna door bijv. de Europese Commissie en Wereldbank worden opgepakt of opgeschaald. De Nederlandse internationale samenwerking fungeert dus veelal als een creatieve en kennisintensieve incubator (een broedplaats voor nieuwe ideeën. Nederland is een relatief kleine donor, maar als lidstaat van de EU en via bilaterale hulp kan Nederland de zichtbaarheid van EU-hulp vergroten en additionele relevante kapitaalstromen generen.

8. Op welke manier en op welk vlak kan de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking nog meer innoveren?

(EN)
Innovative development cooperation

Dutch international cooperation is flexible and knowledge-intensive. We are also innovative, developing new ways of working and new types of partnership that are subsequently adopted or scaled up by others, like the European Commission and the World Bank. In this respect, Dutch international cooperation is like a creative and knowledge-intensive incubator. We are a relatively small donor, but as an EU member state and through bilateral aid we can make EU aid more visible and generate additional, relevant capital flows.

8. In what other ways and areas could Dutch development cooperation innovate more?

In de publiek-private innovatieve onderzoek met LMICs spelen universiteiten een essentiele rol, vooral met promovendi die uit deze landen komen en dan werken aan vraagstukken uit deze landen, samen met hun netwerk daar. Het interventie gerichte onderzoek van TU Delft | Global Initiative is daar een goed voorbeeld van. https://www.tudelft.nl/global/
De promovendi die in NL opgeleid worden en daarna terug gaan naar hun eigen land, fungeren daarna als de leiders van hun land (in academie of elders) en fungeren weer als brug voor NL partners. Tijdens hun promotietraject nemen enkele tot tientallen studenten deel in het project en zij leren daarmee ook deze internationale samenwerking goed kennen.
Aanbeveling: faciliteer meer talentvolle mensen uit LMICs om een promotietraject te kunnen doen bij een NL universiteit in combinatie met een universiteit uit hun eigen land.