Aanpak Fiscale Regelingen

Reactie

Naam Vereniging Basisinkomen (Ir. R. Brons)
Plaats Oosterbeek
Datum 31 maart 2023

Vraag1

Wat is uw achtergrond? Reageert u bijvoorbeeld als particulier, als ondernemer, namens een onderneming, namens een organisatie, of iets anders?
Deze reactie vanuit de Vereniging Basisinkomen, is opgesteld door Reyer Brons (eindredacteur website), op basis van een idee dat eerder is uitgewerkt door Alexander de Roo (voorzitter Vereniging Basisinkomen) samen met hem.

Vraag2

Zie bijlage 3 voor een overzicht van fiscale regelingen.
Bent u bekend met het bestaan/begrip van fiscale regelingen? En met welke fiscale regelingen heeft u of uw organisatie/onderneming te maken?
Onze Vereniging bepleit invoering van basisinkomen, als vergaande aanpassing van het Nederlandse fiscale en sociale stelsel. Vanuit dat doel volgen we nauwlettend alle relevante regelingen en de wijzigingen daarin. Dat betreft niet alleen fiscale regelingen volgens uw overzicht, maar ook de toeslagen en de uitkeringen in de sociale zekerheid.
Vanuit onze doelstelling hebben wij wel zicht op regelingen rond het inkomen van burgers, maar niet of nauwelijks voor regelingen betreffende ondernemers. Mijn reactie betreft dan ook vooral de regelingen voor burgers.
Ook regelingen rond pensioenen beschouwen wij als niet behorend tot ons aandachtsgebied.

Ik bepleit de invoering van bestaansgeld, een onvoorwaardelijk inkomen voor iedereen, ter vervanging van vooral de heffingskortingen en de toeslagen.
Zie bijlage 1 voor een nadere omschrijving van bestaansgeld.

Vraag3

Hoe kijkt u aan tegen het belang van een eenvoudiger belastingstelsel door fiscale regelingen aan te passen? U kunt hierbij bijvoorbeeld denken aan: een voorkeur voor algemene lagere belastingtarieven in plaats van meer specifieke fiscale voordelen voor bepaalde doelgroepen, begrijpelijkheid/uitvoerbaarheid van het belastingstelsel door minder fiscale uitzonderingen, rechtvaardigheid waardoor juist wel specifieke fiscale regelingen nodig kunnen zijn of iets andersvanuit het perspectief van burgers, samenleving of bedrijven.
Een eenvoudiger fiscaal stelsel is essentieel om onze maatschappij beter te laten functioneren. Burgers begrijpen dan beter waar ze aan toe zijn en de uitvoering wordt een stuk minder gecompliceerd.
Mijn suggestie bestaansgeld in te voeren, beoogt de volgende effecten te bereiken:
• Meer bestaanszekerheid doordat onduidelijkheid verdwijnt
• Minder armoede en armoedeval
• Meer keuzevrijheid voor burgers
• Minder bureaucratie en controle
• Soepelere arbeidsmarkt
Het fiscale stelsel dient bij voorkeur simpel te zijn. Voor zover dit bepaalde groepen in de kou laat staan, kan dat beter opgelost worden door specifieke gerichte voorzieningen via uitkeringen in het stelsel voor sociale zekerheid.

Vraag4

Hoe kijkt u aan tegen het belang om fiscale regelingen aan te passen/beperken om de uitvoering van het belastingstelsel voor de Belastingdienst simpeler te maken?
Heel nuttig. Zie ook het antwoord op vraag 3.

Vraag5

Een aanpassing van het belastingstelsel kan mogelijk financiële middelen opleveren voor de schatkist. Hoe vindt u dat deze middelen moeten worden besteed, bijv. aan lagere lasten voor dezelfde doelgroep die minder voordeel geniet door de aanpassing, of aan een subsidieregeling voor dezelfde doelgroep die minder voordeel geniet door de aanpassing, of aan lagere belastingen voor iedereen, of iets anders?
Aanpassing van het stelsel door invoering van bestaansgeld levert de schatkist waarschijnlijk geen geld op, maar verhoogt de uitgaven. Voor zover die verhoging via belastingen terug gehaald moeten worden, moet dat in elk geval niet gebeuren bij de inkomens tot modaal. Wij denken eerder aan het meer belasten van bedrijfswinsten, vermogen of vermogensgroei en eventueel de hogere inkomens.

Vraag6

Fiscale regelingen worden door het ministerie van Financiën beoordeeld op een aantal criteria om tot een ordening of prioritering te komen. Het gaat om:
- doeltreffendheid (de mate waarin het beoogde maatschappelijke effect/doel ook daadwerkelijk wordt behaald);
- doelmatigheid (het realiseren van het beoogde maatschappelijke effect/doel met een zo beperkt mogelijke inzet van middelen);
- complexiteit regeling in de uitvoering en/of mogelijkheid tot handhaving;
- uitlegbaarheid, foutief gebruik, of belasting van het doenvermogen van belastingplichtigen;
- actualiteit beleidsdoel/onderbouwing voor overheidsingrijpen.

Mist u hierbij elementen/overwegingen waarmee wij rekening zouden moeten houden? Kunt u dit toelichten?
Deze beoordelingscriteria lijkt mij redelijk compleet.

Vraag7

Kunt u toelichten welke fiscale regeling(en) volgens u tegen het licht zouden moeten worden gehouden?
Bestaansgeld is vooral bedoeld om de heffingskortingen en de toeslagen te vervangen. Zie daarvoor het antwoord op vraag 8.
Bij invoering van een (voldoende hoog) bestaansgeld houden mensen meer over van hun inkomen uit arbeid, uit eigen onderneming of uit vermogen. Immers de marginale druk (en daarmee de armoedeval) wordt minder. Ook de bestaanszekerheid neemt toe doordat men bij verlies van ander inkomen altijd nog het bestaansgeld heeft. Dat betekent dat er veel minder behoefte is aan diverse regelingen voor specifiek groepen, zoals zelfstandigenaftrek, startersaftrek en hypotheekrenteaftrek.
Elle regeling om specifiek groepen burgers te steunen moet bekeken worden.

Vraag8

Kunt u toelichten welke fiscale regelingen volgens u kunnen worden afgeschaft?
Bestaansgeld zou ingevoerd kunnen worden als nieuwe regeling, het kan ook door de algemene heffingskorting inkomensonafhankelijk te maken en uitkeerbaar (of verzilverbaar) voor zover er geen belastingverplichtingen tegenover staan. Alle andere heffingskortingen kunnen afgeschaft worden.
Het zou eventueel ook gefaseerd kunnen. Eerst de algemene heffingskorting omzetten naar het bestaansgeld, en in volgende jaren de andere heffingskortingen.
Steeds moet bij zo’n stap gezorgd worden dat de grenzen en de tarieven van de belastingschijven zo aangepast worden dat de minst bedeelden er niet op achteruit gaan.
In de ruim 130 opgesomde regelingen mis ik de toeslagen.
Deze kunnen ons inziens ook afgeschaft worden. Een optie om dat te regelen is de relevante voorzieningen anders te financieren. Bij de kinderopvang is dat al voorgenomen beleid. De huurtoeslag zou kunnen vervallen als de huur van sociale woningen verlaagd kan worden en de zorgtoeslag door de zorgverzekeringen anders te regelen. Voor zover dat niet mogelijk is (of politiek niet wenselijk) kunnen (in elk geval bij huur en zorg) de toeslagen verdwijnen als het bestaansgeld wat wordt verhoogd, uiteraard ook met aanpassen van de grenzen en de tarieven in de belastingschijven.

Vraag9

Kunt u toelichten welke fiscale regelingen volgens u absoluut moeten blijven bestaan of zeer beperkt zouden kunnen worden aangepast?
Op het gebied van de regelingen voor het inkomen van burgers (exclusief rond de pensioenen) zie ik geen enkele regeling die perse moet blijven.

Vraag10

Voor welk thema vindt u het van het grootste belang dat er fiscale regelingen bestaan? U kunt bijvoorbeeld denken aan woningmarkt, familiebedrijven, innovatie, overige ondernemersregelingen, (internationale) concurrentiepositie, milieu/klimaat (autoregelingen, energiebelasting), inkomensondersteuning (zoals heffingskortingen), omzetbelasting.
Vanuit onze optiek is vooral van belang dat het belastingstel eerlijk, eenvoudig en toekomstbestening. Zo weinig mogelijk regelingen en zo simpel mogelijk.

Vraag11

Wilt u nog iets toelichten waarover geen vraag is gesteld?
Er is geen vraag gesteld over eventuele fasering. In vraag 8 stelden we al dat bestaansgeld best ingevoerd kan worden, als dat politiek of uitvoeringstechnisch beter uitkomt, door niet alles tegelijk te doen maar de op te heffen regelingen na elkaar over te zetten.
Een ander punt betreft de keuze van de uitvoeringsorganisatie.
In het voorgaande opperde ik dat het bestaansgeld gestart zou kunnen worden door de algemene heffingskorting te verbouwen naar een inkomensonafhankelijke uitkeerbare korting. Dat zou de Belastingdienst ook nu aan moeten kunnen omdat er niet echt een wezenlijk andere regeling wordt bedacht.
Voorwaarde is wel dat deze dienst, met name bij lage en wisselende inkomens van verschillende werkgevers, niet met een ingewikkeld stelsel met voorschotten werkt. Er mag geen nieuwe variant op de toeslagenaffaire ontstaan.
Overweging verdient ook om het bestaansgeld te laten uit betalen door de SVB. Qua vorm en qua benodigde gegevens lijkt bestaansgeld op de kinderbijslag en de AOW, regelingen die de SVB al ongeveer een halve eeuw met weinig problemen uitvoert.

Bijlage