Hoger beroep en cassatie in civiele zaken digitaal

Reactie

Naam Deterink Advocaten en Notarissen (Mr. H. Nieuwenhuizen)
Plaats Eindhoven
Datum 28 mei 2014

Vraag1

Heeft u opmerkingen n.a.v. het voorontwerp en/of de memorie van toelichting?
ja. In het kader van deze herziening zou nagedacht moeten worden over de wijze van procederen in hoger beroep bij verstekzaken. De huidige regeling komt er op neer dat geintimeerde straffeloos verstek kan laten gaan, kan afwachten hoe het rechterlijk college tegen de zaak aan kijkt, simpelweg omdat het hof - anders dan de rechtbank - de grieven ook zelfstandig inhoudelijk moet beoordelen in verstekzaken, en zich niet beperkt tot de toetsing 'niet onrechtmatig of ongegrond'. Dat geeft die partij ontegenzeggelijk een voordeel; de appellant moet zijn grieven formuleren, het Hof zegt wat de rechter er van vindt, en pas daarna gaat de geinitimeerde in verzet en voert aan wat hij nodig vindt, alles met wetenschap en inachtame van het rechterlijk oordeel. Deze gang van zaken staat op gespannen voet met 6 EVRM. De voor de hand liggende oplossing zou kunnen zijn dat ook in hoger beroep in verstekzaken wordt geoordeeld op basis van 'niet onrechtmatig of ongegrond'; kennelijk heft geintimeerde geen verweer tegen het beroep want hij is niet verschenen. Als geintimeerde dan alsnog verweer wil voeren kan hij in verzet, maar dan weet hij niet inhoudelijk wat de rechter - het Hof - van de zaak vindt. Bijkomend voordeel: een lagere werkdruk voor het hof. Nu moet een zaak twee keer inhoudelijk en uitgebreid bekeken worden. Het aantal verstekzaken zal de komende tijd naar mijn stellige overtuiging toe gaan nemen; enerzijds omdat in veel cursussen, onder andere door raadsheren uit hoven, op de grote voordelen van deze wijze van procederen wordt gewezen, anderzijds omdat de griffierechten sterk stijgen en het dus voor de geintimeerde ook op financiele gronden aantrekkelijk is maar verstek te laten gaan. Kost niets, en als je alsnog verweer wilt voeren kom je beter beslagnen ten ijs.