Indexering tarieven 2018 Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT)

Reactie

Naam DB Cargo Nederland N.V. (D van Bemmel)
Plaats Utrecht
Datum 13 december 2017

Vraag1

Heeft u op- en aanmerkingen op voorgenomen indexering van de tarieven? Het betreft twee conceptwijzigingen: luchtvaart 2008, scheepvaart en Spoorwegwet 2012.
Deze wijziging wordt geconsulteerd, maar zal niettemin al in werking treden op 1 januari 2018, in plaats van op 1 april 2018. Dat wil zeggen dat de bekendmaking niet uiterlijk twee maanden voor het eerstvolgende vaste verandermoment plaatsvindt. U acht dit noodzakelijk omdat inwerkingtreding per 1 april 2018 tot ‘grote nadelige (financiële) gevolgen voor de ILT’ zal leiden. Enkel artikel O, dat ziet op de tarieven ten behoeve van de examinering van machinisten, zal op een later moment in werking treden.

Niet duidelijk is echter wat de ‘grote nadelige (financiële) gevolgen voor de ILT’ inhouden. Een onderbouwing van de nadelige gevolgen voor ILT ontbreekt geheel. Inzicht in financiële gevolgen voor ILT ontbreekt eveneens. Dat een tariefsverhoging noodzakelijk is om de genoemde redenen blijkt dan ook niet uit de motivering van de voorgenomen wijziging van de regeling.

Wat de gevolgen zijn voor het bedrijfsleven, de spoorwegondernemingen, is evenmin onderzocht, hoewel zij geconfronteerd worden met de prijsverhoging.

Evenmin wordt duidelijk in hoeverre inflatiecorrectie op tarieven, waarvan nu al onduidelijk is of zij al of niet kostendekkend zijn, zou leiden tot een betere kostendekking en dat daarmee de veronderstelde ‘grote nadelige (financiële) gevolgen voor de ILT’ weggenomen worden.

Gezien deze onduidelijkheden en het ontbreken van de noodzakelijkheid van de inflatiecorrectie, verzoeken wij u af te zien van deze correctie.

Ten aanzien van de hoogte van door de overheid te hanteren tarieven voor het uitoefenen van wettelijke overheidstaken zou naar de mening van DB Cargo niet dekking van de kosten van die wettelijke overheidstaak leidend moeten zijn, maar de invloed van de hoogte van de door te belasten kosten op het functioneren van de desbetreffende markt. Met name de concurrentiepositie van de verschillende vervoersmodaliteiten en de levensvatbaarheid van dienstverlening op die markten zouden (mede) onderdeel van het bepalen van de tarieven moeten zijn. Wij geven u graag in overweging om hiermee bij de voorgenomen, maar tot op heden uitgestelde, wijziging van de tariefopbouw rekening te houden.