AMvB invoering minimum en maximum instellingscollegegeld

Reactie

Naam Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (R. Eijsten)
Plaats Amsterdam
Datum 15 januari 2020

Vraag1

Wat vindt u van de regeling
Bij het vaststellen van een wettelijk maximum instellingstarief voor niet-EER studenten pleiten wij voor een uitzonderingspositie voor bepaalde opleidingen in de podiumkunsten waarbij de internationale concurrentiepositie een grote rol speelt bij de selectie. Het kunstonderwijs heeft immers ook bij de selectie een wettelijk bepaalde uitzonderingspositie en kent een door sectorafspraken beperkte instroom. Vergelijkbare (top)opleidingen in andere EER landen bieden onderwijs tegen veel lagere tarieven. Het is in het belang van het Nederlandse kunstonderwijs – dat met een instroom van nationaal en internationaal toptalent ook blijvende aantrekkingskracht uitoefent op topdocenten - dat dit ook financieel aantrekkelijk en/of mogelijk blijft voor toptalent.

Het wetsvoorstel geeft geen mogelijkheid om een overgangstarief te hanteren, terwijl dit wel gewenst is. Het is goed gebruik om studenten die onder bepaalde voorwaarden aan de studie zijn begonnen (en dus in Nederland studeren met de bedoeling om hier de gehele opleiding af te ronden), gebruik kunnen maken van een overgangsregeling. Dat is ook van belang in verband met de internationale reputatie van het Nederlands hoger onderwijs als betrouwbare bestemming voor talent.