Wetsvoorstel Instituut Mijnbouwschade Groningen
Reactie
Naam
|
H Rutgers
|
Plaats
|
Norg
|
Datum
|
14 augustus 2018
|
Vraag1
Het voorliggende wetsvoorstel beoogt een adequate en onafhankelijke afhandeling van schademeldingen. Biedt het wetsvoorstel voldoende houvast om dit ook daadwerkelijk te regelen? Is de onafhankelijkheid van het zbo in uw mening voldoende geborgd? Ziet u in dit licht specifieke verbeterpunten?
De Staat der Nederlanden heeft belang bij het instellen van een ZBO. Er is geen waarborg af te geven voor integere onafhankelijke afhandeling nu de Staat (Rijk) zelf een (financieel) belang heeft bij uitkomst van afhandeling mijnbouwschade. Werkwijze ZBO is bovenal adequaat voor ambtelijk handelen en verwerken. Specifiek verbeterpunt zou zijn dat niemand medewerking zou verlenen aan dit wetsvoorstel, daar het aanpassen van de spelregels tijdens het spel door belanghebbende ter bescherming van het eigen fossiele verdienmodel feitelijk een onrechtmatige overheidsdaad is naar mijn stellige overtuiging. Bestaand civielrecht geeft voldoende mogelijkheden om aandeelhouders in rechte te betrekken.
Vraag2
Het voorliggende wetsvoorstel beoogt de publiekrechtelijke afhandeling van alle schade als gevolg van bodembeweging veroorzaakt door gaswinning uit het Groningenveld en de gasopslag bij Norg te regelen. Bent u het eens met het gehanteerde uitgangspunt dat het zbo zo veel als mogelijk de vrijheid krijgt om in zijn onafhankelijkheid na te denken over de te hanteren aanpak voor schade afhandeling? Ziet u, naast de in het wetsvoorstel benoemde aandachtspunten, nog andere punten?
Absoluut oneens met een uitgangspunt waar ambtenaren in dienst van een ZBO vrijheid krijgen om een aanpak te verzinnen. Onafhankelijkheid bestaat niet in de onderhavige situatie. Wetsvoorstel terugnemen en in de prullenbak. Ver wegblijven van een ambtelijke publiekrechtelijke aanpak waar de grootaandeelhouder en werkgever aan medewerkers bij een ZBO een en dezelfde zijn. Hier is sprake van ondermijning van onze huidige rechtsstaat door juristen die ten dienste staan van de Staat der Nederlanden.
Vraag3
De gekozen specifieke procedures zijn beoogd om de burger deskundigheid in de schadeberekening, efficiency en duidelijkheid te bieden. Vindt u de in het wetsvoorstel voorgestelde procedures via het Instituut Mijnbouwschade en de bestuursrechter aan deze doelstellingen voldoen?
Minimale eisen voor doelmatige procedure niet in bestuursrecht trekken. Civielrechtelijk afhandelen.
Vraag4
In dit voorstel wordt de mogelijkheid opgenomen voor de rechtbank om prejudiciële vragen te stellen aan de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hiermee wordt een snellere afhandeling van beroepszaken beoogd. Vindt u dit een geschikte oplossing?
Uitermate ongeschikt en ronduit dubieus om op voorhand hierover overleg te voeren met de Raad van State. De positie van de Raad van State is in zichzelf ook hier onzuiver als schadeafhandelaar in dienst van Staat der Nederlanden. Politieke benoemingen binnen de Raad van State maken dat dit orgaan geen integere plek is om vragen te stellen om een procedure eventueel te kunnen versnellen. Raad van State is beslist niet onafhankelijk te noemen daarmee.
Vraag5
Heeft u nog algemene aandachtspunten die u wil meegeven in relatie tot het voorliggende wetsvoorstel en memorie van toelichting?
Neem Uzelf en Uw medemens serieus .. vertrek met al Uw ambtenaren uit dit dubieuze schadedossier bomvol eigen fossiel staatsbelang .. ruimhartig vergoeden vanuit Uw civielrechtelijke aansprakelijkheid als schadeplichtige grootaandeelhouder.