wet invoering leerrecht

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Den Haag
Datum 15 januari 2021

Vraag1

Ziet u mogelijkheden om dit wetsvoorstel verder te verbeteren, zodat voor zoveel mogelijk jongeren het recht op onderwijs ontstaat?

Welke gevolgen voorziet u waarin dit wetsvoorstel nog niet voldoende voorziet
De gedachte van dit wetsvoorstel is goed. We hebben er echter drie opmerkingen bij de uitwerking:
- Naar onze mening mist een onderdeel inzake de meldplicht van samenwerkingsverbanden aan de jeugdarts. Om dat goed te kunnen doorvoeren moeten samenwerkingsverbanden wel tijdig op de hoogte zijn van (dreigende) uitval. Dat is niet altijd het geval omdat scholen niet altijd (tijdig) melding maken bij het samenwerkingsverband van (dreigende) uitval van leerlingen. Het vraagt verdere uitwerking om te komen tot een systeem waarin het samenwerkingsverband in dergelijke gevallen in staat zal zijn om een melding te kunnen doen. Daarnaast moet voor alle partijen duidelijk zijn wat onder “dreigende uitval” wordt verstaan. In het wetsvoorstel wordt dit onvoldoende toegelicht.
- De term Leerrecht schept verwachtingen die het wetsvoorstel niet waar maakt. Het is mooi dat met dit voorstel de focus verschuift naar de mogelijkheid tot ontplooiing van de leerling, in plaats van de mogelijkheid tot het bezoeken van een school. Daarmee is echter nog geen recht op leren geregeld; hiermee wordt enkel voorkomen dat leerlingen te gemakkelijk worden vrijgesteld. Als er geen passend aanbod is of wordt gerealiseerd, is het recht op leren (wat het leerrecht o.i. zou moeten behelzen) voor die leerling nog niet geregeld.
- Het wetsvoorstel voorziet niet in een regeling voor kinderen die – in het licht van deze wet – reeds onterecht zijn vrijgesteld. Deze kinderen hebben ook het recht op leren indien zij in staat zijn zich te ontplooien. Deze doelgroep wordt niet geholpen met dit wetsvoorstel.