Transparantie maatschappelijke organisaties
Reactie
Naam
|
Amref Flying Doctors (directeur P. Vermeulen)
|
Plaats
|
Leiden
|
Datum
|
15 februari 2019
|
Vraag1
Welke objectieve, niet-discriminatoire criteria kunnen worden gebruikt om categorieën van maatschappelijke organisaties vrij te stellen van de verplichting om een donatieoverzicht openbaar te maken?
Geven is een privé-aangelegenheid die anderen niet aangaat. De privacy van onze
donateurs moet gerespecteerd worden als zij geen prijs stellen op
naamsvermelding. Het publiceren van naam en woonplaats is bovendien in strijd
met de vorig jaar ingevoerde AVG.
Als onze donateurs met een gift boven de 15.000 euro publiekelijk bekend worden
gemaakt, lopen zij het risico ongewenst benaderd te worden (variërend van
bedelverzoeken tot diefstal, of ernstiger vormen van bedreiging).
Ontvangsten uit nalatenschappen gaan ook onder deze wet vallen. Publiekelijk
bekendmaken van deze nalatenschappen tast ook de privacy van families aan.
Dit voorstel schrikt donateurs af om grote bedragen te geven of na te laten en doet
afbreuk aan de geefbereidheid van onze bestaande en toekomstige donateurs.
Vraag2
Welke objectieve, niet-discriminatoire criteria kunnen worden gebruikt om categorieën van stichtingen vrij te stellen van de verplichting om de balans en staat van baten en lasten openbaar te maken?
Donateurs kunnen bij ons helemaal geen invloed 'kopen' of 'afdwingen' met hun donaties. Wij zijn een ANBI met bijbehorende ‘checks and balances’ die de onafhankelijke positie van bestuurders waarborgt en regelt dat donateurs geen zeggenschap hebben.
Wij zijn een CBF-erkende organisatie en staan vrijwillig onder toezicht. Met de erkenning laten we zien dat wij als organisatie zelf al verregaande maatregelen hebben genomen o.a. om transparantie te vergroten en onwenselijke invloed tegen te gaan.
Het conceptwetsvoorstel vloeit voort uit een ambitie in het regeerakkoord. In datzelfde regeerakkoord staat ook dat 'de vele positieve krachten in onze samenleving van burgers, verenigingen en geloofsgenootschappen' ruimte verdienen.
Hiermee liet deze coalitie zien gevoelig te zijn voor de oproep van de sector (manifest Filantropie) om filantropie w.o. goede doelen te erkennen als een belangrijk fundament voor maatschappelijke binding en actief burgerschap.
Het belang dat het kabinet toekent aan de sector blijkt ook uit het faciliterende en stimulerende overheidsbeleid, zoals bijvoorbeeld het handhaven van de giftenaftrek en de Geefwet. Dit zijn onmisbare pijlers onder de steun van onze donateurs.
Het conceptwetsvoorstel is dus volkomen in tegenspraak met wat in het regeerakkoord staat en met ander overheidsbeleid dat een goede werking van goede doelen juist wil bevorderen.
Bijlage