Subsidieregeling sanering varkenshouderijen

In het regeerakkoord zijn maatregelen aangekondigd om gezondheids- en leefomgevingsrisico’s in gebieden met een hoge veedichtheid te verminderen. Dit wordt vormgegeven via twee sporen, het saneringsspoor, waarbij op korte termijn geuroverlast door varkenshouderijen in veedichte gebieden wordt verminderd. En het verduurzamingsspoor, waarbij op middellange en lange termijn in bestaande en nieuwe stal- en houderijsystemen brongerichte emissiereducerende maatregelen worden ontwikkeld.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 01-05-2019
Einddatum consultatie 31-05-2019
Status Resultaat gepubliceerd
Type consultatie Ministeriële regeling
Organisatie Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Keten-ID 9961
Onderwerpen Dieren

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn. Voordat reacties gepubliceerd worden, worden deze eerst gecontroleerd op beledigende of aanstootgevende uitspraken. Deze controle kan enkele dagen duren.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

- Varkenshouders;
- Varkensketen;
- Decentrale overheden, vooral gemeenten;
- Omwonenden.

Verwachte effecten van de regeling voor de doelgroepen

De sanering wordt vormgegeven in een subsidieregeling en bijbehorend flankerend beleid door decentrale overheden. Doel is op korte termijn verminderen van geuroverlast door varkenshouderijen in veedichte gebieden. Dit wordt gerealiseerd door locaties die geuroverlast geven te beëindigen en de productiecapaciteit uit de markt te halen. Hiervoor kan een varkenshouder zijn bedrijf(slocatie) aanmelden. Zonder financiële ondersteuning en begeleiding bij het beëindigen van de varkenshouderij en het creëren van toekomstperspectief, blijven veel varkenshouders noodgedwongen hun bedrijf en daarmee de geuroverlast voortzetten. Dit heeft een negatief effect op de leefomgeving, het maatschappelijke draagvlak voor de varkenshouderij en het remt de verduurzaming van de varkenshouderijsector als geheel. De doelgroep van deze regeling is ingekaderd tot varkenshouders in de gebieden met de hoogste concentratie aan varkensbedrijven en bijgevolg de grootste geuroverlast, te weten de concentratiegebieden Zuid en Oost (Meststoffenwet): delen van de provincies Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Overijssel en Utrecht. Hier wordt circa 84% van de varkens gehouden. Decentrale overheden zijn betrokken bij de regeling, o.m. door het intrekken van vergunningen, verlening van sloopvergunningen en begeleiden van stoppende varkenshouders naar een ander toekomstperspectief, bijvoorbeeld door herbestemming van de locatie.
Naast vermindering van geuroverlast heeft de regeling nog andere effecten:
• Krimp van de varkensstapel en het aantal varkenshouderijlocaties
• Afname van de productie van dierlijke mest
• Afname van de emissies van ammoniak, fijnstof en methaan
• Daarmee bijdrage aan de ambitie van de veehouderij in het Klimaatakkoord (vermindering van broeikasgassen)
• Verbetering van het algehele leefklimaat in het buitengebied, onder meer door reductie van emissies, afname van het aantal transportbewegingen, tegengaan van verrommeling van het platteland en voorkomen van criminaliteit

Waarop kunt u reageren

De consultatie vindt plaats om varkenshouders, de varkensketen, burgers en organisaties van belanghebbenden te informeren over de voorgenomen Srv en hen de gelegenheid te bieden een reactie te geven op het voorstel.

Downloads

Integraal Afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)
Toelichting op IAK vragen

  • IAK

    Beantwoording vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)