Wet vertrouwenspersonen

Reactie

Vraag1

De functie levert inderdaad een goede bijdrage aan preventie van ongewenst gedrag. Het kan bijvoorbeeld risico’s op ontsporen van afdelingen of teams naar een cultuur van ongewenst gedrag signaleren bij het management, beleidsmakers en Hr-adviseurs. Tevens kan de vertrouwenspersoon hen informeren en adviseren hoe dit proces aan te pakken als organisatie.
Ook kan de vertrouwenspersoon medewerkers informatie geven over ongewenst gedrag en hoe zij dit kunnen herkennen alsmede hoe zij hiertegen kunnen optreden. Door de-escalerend optreden van de vertrouwenspersoon alsmede door het bevorderen van begrip tussen werknemers (die soms zelfs elkaar beschuldigen) kan tevens voorkomen worden dat relatief onschuldige vormen van ongewenst gedrag of misinterpretaties tot veel ernstiger uitingen van ongewenst gedrag leiden.
De vertrouwenspersoon kan, wanneer de verhoudingen en communicatie te sterk zijn verstoord, eventueel een formele bemiddelaar of mediator inschakelen om de situatie opgelost te krijgen.

Vraag2

Wij merken dat dit sterk wisselend is in organisaties. In kleinere organisaties hebben met name interne vertrouwenspersonen vaak niet voldoende autoriteit alsmede faciliteiten om hun werk goed te kunnen doen. Zij vallen bijvoorbeeld onder afdelingshoofden en rapporteren niet rechtstreeks aan het hogere management. Zij overleggen veelal niet rechtstreeks en structureel met de bestuurders en ondernemingsraden van die organisaties. Het wetsvoorstel zorgt voor een meer onafhankelijke en zelfstandige positie, hetgeen veel vertrouwenspersonen momenteel moeten ontberen.

Vraag3

Ja het voorstel lijkt zeker uitvoerbaar. Verschillende aspecten zijn vaak al in de praktijk geregeld. Een wettelijke regeling zal de uniformiteit ten goede komen en de positie van de vertrouwenspersoon daadwerkelijk versterken.

Vraag4

Zie hiervoor bijgaand PDF document

Bijlage