Wetsvoorstel maatregelen loondoorbetaling bij ziekte en WIA

Reactie

Naam Arbeidsdeskundige Bezwaar en Beroep en Promovendus Ilonka (H.A.M.) Eekhoudt
Plaats Angerlo
Datum 5 juli 2019

Vraag1

U kunt reageren op alle onderdelen van het wetsvoorstel en de toelichting daarop.
Mijn reactie betreft het “Ontwerp toelichting” bij de punten 2.1 Knelpunten (en Maatregelen) en 4 Effecten.
- Reactie op Knelpunten
Een beschreven knelpunt is dat het voor werkgevers niet altijd voldoende inzichtelijk is over hoe en waarom het UWV een beslissing neemt over het wel of niet opleggen van een loonsanctie (RIV-toets). Dit knelpunt is van groot belang. Wanneer immers onduidelijk is hoe een beslissing (en loonsanctie) tot stand is gekomen, zal dit leiden tot ontevredenheid en weerstand over de RIV-beoordeling bij werkgevers. Dit leidt weer tot bezwaar en beroepszaken en komt het uiteindelijke doel, meer participatie/re-integratie van een arbeidsongeschikte werknemer, niet ten goede.
Het arbeidskundig oordeel is altijd al een belangrijke schakel in het proces rondom de RIV-toets en de rol van de UWV-arbeidsdeskundige wordt met dit wetsvoorstel nog belangrijker. De uitvoering van de RIV-toets komt met dit wetsvoorstel immers geheel bij de UWV-arbeidsdeskundige te liggen.

- Reactie op Maatregelen en Effecten
In het wetsvoorstel mist in mijn ogen een kwaliteitsinvestering voor de arbeidsdeskundige beoordeling zoals wel voor bedrijfsartsen is vrijgemaakt. De minister reserveert voor de periode 2019-2022 € 10 miljoen als kwaliteitsinvestering voor bedrijfsartsen. De arbeidskundige beoordeling is een belangrijke schakel in het proces bij de RIV-toets. Een te verwachten effect, door de voorgestelde maatregel dat het oordeel van de bedrijfsarts leidend is bij de RIV-toets, is een toenemende druk op het oordeel van de UWV-arbeidskundige. De vraag en verwachtingen bij de arbeidsdeskundige beoordelingen van het RIV nemen toe, waarbij er ook extra druk komt te liggen in de beoordelingen van thema’s als rechtmatigheid, rechtvaardigheid en redelijkheid.
Ook wordt bij de maatregelen een verbetering van communicatie rondom loondoorbetaling genoemd en wordt ingezet op meer transparantie van beoordelingen, zonder daar nader op in te gaan. De thema’s communicatie en transparantie raken eveneens het werk van de UWV arbeidsdeskundige bij de RIV-toets. De genoemde maatregelen hebben dan ook het effect dat de UWV-arbeidsdeskundige een nog meer belangrijke rol krijgt. Over de betekenis van deze rol en toenemende druk voor de uitvoering is geen aandacht in dit wetsvoorstel. Dit vraagt dan ook om een investering in de professionaliteit van de arbeidsdeskundige aangaande de RIV-toets.