Wijziging van de Participatiewet in verband met het op onderdelen in balans brengen van de wet tussen bestaanszekerheid, re-integratie en handhaving
Reactie
Naam | op persoonlijke titel (M.S.W. Snijders) |
---|---|
Plaats | Leiden |
Datum | 19 mei 2023 |
Vraag1
Ter internetconsultatie ligt het algemene deel van de Memorie van Toelichting, een concept-wettekst en daarbij behorende artikelsgewijze toelichting.U kunt reageren op alle onderdelen.
Komende wetgeving is heel uitgebreid, ik zal mijn bemerkingen op wetsartikelen gefaseerd doorgeven.
Allereerst herschreven artikel 24:
- Onderdeel c. is niet correct. Hierin wordt verwezen naar "50% van norm in artikel 20 eerste lid onderdeel a". Oftewel 50% van de alleenstaande norm €295,20 (prijspeil 2023) is €147,60. De bedoeling is juist om via wijziging artikel 24 de klant een alleenstaande norm te geven.
- Dus de verwijzing zou moeten zijn naar "50% artikel 20 eerste lid onderdeel b" of de melding 50% niet gebruiken (mijn voorkeur) en verwijzen naar sec "artikel 20 eerste lid onderdeel a".
Maar dan ben je er nog niet! Immers de alleenstaande oudernorm bij < 21 wordt apart geregeld in artikel 20 tweede lid. Zonder verwijzing wordt een veranderde norm voor de alleenstaande ouder niet geregeld.
- Dus in de vernieuwde tekst artikel 24 moet ook een verwijzing staan naar normering "artikel 20 tweede lid onderdeel a".
- Dit kan door de verwijzing toe te voegen aan nieuw onderdeel c. met teksttoevoeging "een of meer ten laste komende kinderen" of via een nieuw toe te voegen onderdeel d. (mijn voorkeur).
Hopelijk helder zo.