Wijziging Subsidieregeling Demonstratie Klimaattechnologieën en –innovaties in transport DKTI

Reactie

Vraag1

Vraag 1. Subsidiepercentages:
De vraag is om de subsidiepercentages voor Learning by Using vast te stellen op 40, 50 en 60%, zoals in de eerdere DKTI-tranches maar tenminste op 28, 38 resp. 48%. De meerkosten voor zero-emissievoertuigen zijn nog dusdanig hoog dat dit massaproductie in de weg zit, daarnaast heeft het voorgestelde inzetten van MIA en Vamil alleen effect wanneer bedrijven winst maken. De winstgevendheid van transportbedrijven staat onder druk staat in deze tijd van Corona.

Vraag 2. Budget:
De vraag is om het DKTI-budget sterk te verhogen, in ieder geval de categorie Learning by Using, bij voorkeur met een factor 10. Redenen:
a. ‘Learning by Using’ is een uitstekende tussenstap tussen enerzijds ontwikkelen/demonstreren van nieuwe technologieën en anderzijds een ‘rechttoe-rechtaan’ aanschafsubsidie.
b. Voldoende subsidie zal het moment dat de onrendabele top verdwijnt en zero-emissie transportmiddelen ‘mainstream’ kunnen versnellen wat van grote waarde is voor CO2-reductie.
c. Als deze bedrijven in deze zware tijden bereid zijn zich in te spannen voor de energietransitie door een ‘Learning by Using’ aanvraag in te dienen, dan zou dat beloond moeten worden met een grote kans om subsidie te krijgen voor een kwalitatief goed projectvoorstel. Als de €11 miljoen gehandhaafd wordt, wordt de slaagkans van aanvragen echter ontmoedigend klein.
d. Wanneer wordt vastgehouden aan het voorgenomen budget van €11 miljoen voor Learning by Using wordt onvoldoende van de bij bedrijven aanwezige motivatie om bij te dragen aan de energietransitie geprofiteerd.
e. Met een 10 keer zo hoog budget voor Learning by Using komt Nederland weer in de buurt van de ambitie en het ingroeipad naar het doel dat is afgesproken in het Klimaatakkoord: 5000 e-trucks in 2025.

Vraag 3. Bonuspunten woningbouw:
Als de adviescommissie, bedoeld in artikel 25, aan een project proeftuin 70 punten of meer toekent en dat project heeft betrekking op zero-emissie mobiele machines die binnen het project worden ingezet in de woningbouw ontvangt dat project een bonus van 10 punten. De vraag is om het toekennen van 10 bonuspunten tevens van toepassing te laten zijn op zero-emissie mobiele machines die binnen grond- weg- en waterbouw worden ingezet. Reden hiervoor is dat de grootste klappen van de stikstof- en PFAS-crisis vallen in de gww-sector. Met behulp van in te zetten zero emissie mobiele machines neemt de mate van invloed af.