Wijziging van de Regeling Wet kinderopvang in verband met verlenging van de verruimde inzet van beroepskrachten in opleiding

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Pijnacker
Datum 29 februari 2024

Vraag1

U kunt reageren op de gehele regeling plus toelichting.
Met de huidige arbeidskrapte is deze verlenging van verruimde inzet beroepskrachten in opleiding een must. Onze ervaring is dat het ook goed haalbaar is mits je het qua begeleiding en coaching goed geregeld hebt.
Wij werken al jaren met een portfolio waarin de ontwikkeling en de voortgang van de BBL medewerker in opleiding gevolgd en afgetekend wordt door de praktijkopleider. Dit in afstemming met de BBL medewerker, opleidingsinstantie en leidinggevende. Het portfolio is duidelijk uitgewerkt in fases en gekoppeld aan bijlage 9 uit de CAO en zien wij als het begeleidingsplan zoals dat genoemd wordt in de regeling. Dit zou ons inziens voldoende moeten zijn richting de GGD.
De praktijkopleider heeft contact met BBL medewerker, opleidingsinstantie en leidinggevende en bewaakt en behartigt de belangen van alle betrokken partijen. Hiermee is de praktijkopleider bij ons het “instrument” om er voor te zorgen dat de BBL medewerker op het juiste moment, bij het aantoonbaar behalen van de bijbehorende competenties, passend formatief wordt ingezet.
Wat helpend zou kunnen zijn is dat we medewerkers in opleiding ook op VE locaties in mogen zetten als we aan kunnen tonen dat iemand bezig is om zich hiervoor te kwalificeren. Hetzelfde geldt voor de formatieve inzetbaarheid op een babygroep vanaf 1 januari 2025.