Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 20..

Reactie

Naam J.N. Veenkamp
Plaats Nijkerk
Datum 19 augustus 2015

Vraag1

Wat vindt u van dit voorstel voor een nieuwe Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten? U wordt verzocht aan te geven op welke onderdelen van het wetsvoorstel of de memorie van toelichting uw reactie betrekking heeft.
Het sleepnet
------------

Ik maak me ernstig zorgen over de grote bevoegdheden die overheidsdiensten worden toegekend zonder dat duidelijk is welk probleem wordt opgelost, welke achterliggende noodzaak hiervoor is en welke marges worden ingebouwd en welk toezicht er is om misbruik te voorkomen. Omdat dit alles onvoldoende wordt onderbouwd en toegelicht ben ik tegen uitbreiding van de huidige bevoegdheden en voor inkrimping van de reeds bestaande bevoegdheden.


Toezicht
--------

In een rechtstaat kennen we de scheiding der machten. Voor het overgrote deel van de beoordeling of wetgeving goed is uitgevoerd dan wel of er tegen de wet in is gehandeld kennen we de rechterlijke macht die verantwoordelijk is en toegerust is om hierover een onafhankelijk oordeel uit te spreken. Op het vlak van toezicht van de geheime diensten, maar ook inzake gedrag van politie op dit vlak, moeten we de oordeelsvorming niet ineens bij politici neerleggen maar zorgen dat dit bij een onafhankelijke rechter terechtkomt.


Uitwisseling met buitenlandse diensten
--------------------------------------

Het machtsmiddel dat nu al bestaat vanuit een overheid die haar burgers in de gaten houd wordt nog vele malen vergroot wanneer de data, ongefilterd en wel, doorgegeven wordt aan anderen. Data wordt pas informatie wanneer de data in een context wordt geplaatst. Een context die vaak bij uitwisseling niet of ten dele wordt meegeleverd of onderhevig is aan culturele verschillen tussen de verzamelaar van data en de ontvanger van de data. Tegen een dergelijk machtsmiddel heeft een burger vaak geen of weinig verweer of mogelijkheden tot verweer en kan een zeer grote impact hebben op de (bewegings)vrijheid van de burger. Denk bijvoorbeeld aan een Nederlander die door het uitwisselen van de gegevens onverhoopt en onverdacht op een no - fly list terecht komt waar amper verweer tegen is in te brengen.