Ontwerp-beleidsprogramma Klimaat
Reactie
Naam
|
CCU-Alliantie (M. C. I. Van der Werf)
|
Plaats
|
Amsterdam
|
Datum
|
13 juli 2022
|
Vraag1
Wat vindt u van het voorgestelde beleid in de sectoren industrie, elektriciteit, gebouwde omgeving, mobiliteit en landbouw en landgebruik (Hoofdstuk 3)?
De CCU-Alliantie wil vooropstellen dat er minder CO2 moet worden uitgestoten en staat achter alle uitstootreductietechnieken. Ook erkent de alliantie dat CCS een waardevolle techniek is om de hoeveelheid CO2 in de atmosfeer te doen afnemen. Het beleidsprogramma legt terecht de focus bij CO2-reductie in de diverse sectoren. Specifiek voor de industrie brengen wij naar voren dat het belangrijk is om ook te kijken naar de behoefte aan koolstof als grondstof. Bij het uitfaseren van fossiele grondstof moet tegelijkertijd aandacht zijn voor recycled fossil carbon, dan wel koolstof van biogene of atmosferische oorsprong om deze grondstoffen te vervangen.
Vraag2
Wat vindt u van het voorgestelde beleid in de horizontale beleidsagenda's, waaronder de circulaire economie, het actieplan groene banen en de betrokkenheid van burgers bij het klimaatbeleid (Hoofdstuk 4)?
In het beleidsprogramma staat dat een hernieuwd programma circulaire economie in het najaar naar de Kamer wordt gestuurd (p. 40). De CCU-Alliantie mist in dit stuk de circulariteit van CO2 zelf. Door middel van Carbon Capture and Utilization (CCU) wordt CO2 hergebruikt. De koolstofmoleculen vormen een belangrijke grondstof voor tal van chemische producten. Door de koolstof via herhaaldelijke recycling vast te leggen in producten, raakt de keten gesloten en komt er geen extra CO2 in de atmosfeer. Wij zien in CCU dan ook de perfecte match tussen klimaat- en circulair beleid. CCU-technieken zullen richting 2050 een steeds grotere rol spelen in het circulair maken van koolstof en daarmee zowel bijdragen aan circulariteit als CO2 reductie. Ons verzoek is dan ook om in het Beleidsprogramma meer aandacht te besteden aan CO2 als grondstof en dit als input mee te geven aan de opstellers van het hernieuwd programma circulaire economie.
Vraag3
Wat vindt u van de voorgestelde governance en uitvoering van het klimaatbeleid, waaronder de invullingen van de Rijksregie, de (wetenschappelijke) Klimaatraad en de inrichting van het brede maatschappelijke klimaatoverleg (Hoofdstuk 6)?
Geen opmerkingen.
Vraag4
Welke mogelijkheden ziet u om het beleid opgenomen in het beleidsprogramma te verbeteren en/of te versnellen?
Op pagina 14 van het beleidsprogramma wordt gesteld dat: “Het kabinet zal deze visie als onderdeel van de update van het nieuwe Klimaatplan op basis van de Klimaatwet begin 2024 gereed hebben. Daarin zullen ook de laatste IPCC-inzichten worden meegenomen, onder meer over het belang van negatieve emissies.” Daarnaast heeft minister Jetten aangegeven dat het kabinet de quickscan over negatieve emissies zal benutten om zo mogelijk later dit jaar te komen met een voorstel voor meer samenhangend onderzoek naar negatieve emissies (Kamerbrief 32813, 1056). Het voorstel kan ondersteunend zijn aan de uitwerking van het klimaatbeleid en de toepassing van negatieve emissietechnieken in Nederland. Negatieve emissies worden o.a. bewerkstelligd door Carbon Capture and Utilization (CCU) technieken, mits de CO2 van biogene dan wel atmosferische oorsprong is en langjarig wordt vastgelegd in bodem of bouwmaterialen.
De CCU-Alliantie pleit om te beginnen voor een rekenmethode die de mate van CO2 reductie aangeeft bij vastlegging van CO2 in producten, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen fossiele en biogene of atmosferische CO2 gekoppeld aan de periode van vastlegging en rekening wordt gehouden met vermeden emissies. NB: Het meetellen van vermeden emissies is essentieel om CO2-reductietechnieken op waarde te schatten. Zo vervangt synthetische kerosine bijvoorbeeld fossiele kerosine. Wij zien graag dat zowel negatieve als vermeden emissies een plek krijgen in het beleidsprogramma om tot een specifiek simuleringskader voor CCU-technieken te komen. Voor meer informatie verwijs ik graag naar het position paper in de bijlage.
Bijlage