Boetebeleidsregel ACM 2014

Vereenvoudiging en harmonisatie van de regels inzake boeteoplegging door de ACM, als gevolg van de vereenvoudiging en harmonisatie in de Stroomlijningswet ACM. De beleidsregel introduceert in plaats van een onderscheid in toezichtsterreinen en sectoren een onderscheid in drie boetesystematieken, dat afhangt van de aard van de overtreding en het wettelijke boetemaximum dat op die overtreding is gesteld.

Consultatie gegevens

Publicatiedatum 16-05-2014
Einddatum consultatie 16-06-2014
Status Gesloten
Type consultatie Beleidsnota
Organisatie Ministerie van Economische Zaken en Klimaat
Onderwerpen Markttoezicht

Publicatie reacties

Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.

Doel van de regeling

De boetebeleidsregels zijn nu nog geregeld in de boetebeleidsregels 2013, gebaseerd op de Instellingswet ACM. Deze beleidsregels voorzien niet in harmonisering van alle bestaande regels omtrent het opleggen van een bestuurlijke boete. De Wijziging van de Instellingswet Autoriteit Consument en Markt en enige andere wetten in verband met de stroomlijning van het door de ACM te houden markttoezicht (hierna: Stroomlijningswet ACM) voorziet daar wel in.
In de boetebeleidsregels wordt bepaald hoe de ACM de hoogte van een bestuurlijke boete moet vaststellen. Doel van de beleidsregel is het wegnemen van bestaande sectorale verschillen in de systematiek van boeteoplegging. De boetebeleidsregels kennen een onderscheid in boetecategorieën, afhankelijk van de aard van de overtreding en het wettelijk boetemaximum dat op die boete is gesteld. Bepalingen met betrekking tot de boeteoplegging op grond van de Aanbestedingswet 2012 en de Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied worden, net als in de boetebeleidsregels 2013, in een afzonderlijk hoofdstuk geregeld. Zij kennen een eigen systematiek. Ook wordt de reikwijdte van de beleidsregel uitgebreid tot alle wetgeving die onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Economische Zaken valt.
De introductie van het onderscheid in drie boetesystematieken en de uitbreiding van de reikwijdte leiden niet tot significante materiële wijzigingen ten opzichte van de boetebeleidsregels 2013. De algemene doelstelling blijft dezelfde, namelijk dat de hoogte van de boete evenredig is met het oog op de gepleegde overtreding en voldoende afschrikwekkend is voor zowel de overtreder als andere potentiële overtreders.
De maatregelen ter verhoging van de wettelijke boetemaxima, die de Minister van EZ heeft aangekondigd in zijn brief van 11 februari 2014 (Kamerstukken II 2013/14, 33 622, nr. 19), is uitdrukkelijk niet verwerkt in deze beleidsregel. Dat gebeurt op het moment dat het daartoe strekkende wetsvoorstel van kracht wordt.

Doelgroepen die door de regeling worden geraakt

Ondernemingen of natuurlijke personen die mogelijk een boete van de ACM riskeren.

Verwachte effecten van de regeling

Het onderscheid in drie boetesystematieken zorgt voor vereenvoudiging en stroomlijning van de regels die gelden voor de boeteoplegging door de ACM. Naar verwachting hebben de wijzigingen in de beleidsregel geen effect op de hoogte van de door de ACM opgelegde boetes.

Doel van de consultatie

Verzamelen van commentaar op de voorgenomen beleidsregel.

Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd

Reactie is mogelijk op alle onderdelen.