AMvB OV chipkaart
Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft een wijziging van het Besluit Personenvervoer 2000 in voorbereiding. De wijziging bevat het vastleggen van het gebruik en de geldigheid van de OV-chipkaart als vervoerbewijs in het openbaar vervoer. Momenteel ontbreekt een wettelijke grondslag.
Consultatie gegevens
Publicatiedatum | 03-10-2016 |
---|---|
Einddatum consultatie | 31-10-2016 |
Status | Regeling in werking getreden |
Type consultatie | AMvB |
Organisatie | Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat |
Onderwerpen | Spoor |
Publicatie reacties
Reacties worden gepubliceerd tijdens de loop van de consultatie. Alleen die reacties worden gepubliceerd waarvan is aangeven, door de inzender, dat deze openbaar mogen zijn.
Doel van de regeling
De OV-chipkaart is vanaf 2006 geleidelijk in Nederland ingevoerd op basis van bestuursovereenkomsten tussen rijk en decentrale overheden en afspraken met en tussen vervoerders in de periode 2005-2006. Een wettelijke grondslag voor de OV-chipkaart ontbreekt.
Op dit moment zijn er 14 miljoen actieve OV-chipkaarten in omloop. De klantwaardering voor het gebruik van de OV-chipkaart is in de loop der jaren toegenomen van een 6,8 in 2010 tot een 7,9 in 2015.
De AMvB biedt reizigers, vervoerders en concessieverleners zekerheid over het gebruik en de geldigheid van de OV-chipkaart als vervoerbewijs in het openbaar vervoer.
Momenteel ontbreekt deze zekerheid. De bestuursovereenkomsten uit 2005-2006 waren gericht op de uitrol van de OV-chipkaart en de afschaffing van de strippenkaart. Zij gaan niet in op de positie van de OV-chipkaart bij veranderende omstandigheden zoals de opkomst van nieuwe betaalwijzen en de omslag naar kleinschalig openbaar vervoer in dunbevolkte gebieden.
De AMvB verplicht vervoerders om de OV-chipkaart aan te bieden in het openbaar vervoer (bus, tram, metro, trein en boot). De verplichting geldt niet voor:
- openbaar vervoer dat met een auto wordt uitgevoerd (voertuig voor max. 8 personen, de bestuurder niet meegerekend);
- openbaar vervoer dat met ontheffing buiten concessies om wordt uitgevoerd (zoals binnenlands lange afstandsvervoer van Eurolines en Flixbus).
- Verslag over de resultaten van de consultatie
Resultaten en bevindingen van de consultatie
- Concept regeling
Concept AMvB OV-Chipkaart
- Ontwerp toelichting
Concept AMvB OV-Chipkaart nota van toelichting
Doelgroepen die door de regeling worden geraakt
De belangrijkste betrokkenen bij dit besluit zijn de reizigers. Zij weten met dit besluit in welke gevallen zij in elk geval kunnen rekenen op de mogelijkheid tot het gebruik en de geldigheid van hun OV-chipkaart.
Voor concessiehoudende vervoerders maakt de amvb duidelijk op welk vervoer zij de OV-chipkaart als vervoerbewijs moeten accepteren en de reiziger met een OV-chipkaart moeten vervoeren.
Voor andere vervoerders is het andersom duidelijk dat de OV-chipkaart op het door hen aangeboden vervoer niet vereist is. Dat laat onverlet dat zij wel de mogelijkheid hebben om op het OV-chipkaartsysteem aan te sluiten.
Concessieverleners kunnen in hun concessies geen afwijkende maar wel aanvullende bepalingen opnemen bijvoorbeeld door in de concessie te bepalen dat ook (delen van) het openbaar vervoer per auto moet worden voorzien van OV-chipkaartapparatuur.
Verwachte effecten van de regeling
Naast de zekerheid die de amvb voor alle partijen biedt over het gebruik en de geldigheid van de OV-chipkaart als vervoerbewijs, biedt de amvb ook waarborgen voor een ordelijke transitie naar mogelijk een nieuw systeem in de toekomst.
Momenteel dienen zich nieuwe betaalmiddelen aan om het betalen in het openbaar vervoer nog gemakkelijker te maken met behulp van mobiele telefoon of bankpas. De verwachting is dat verschillende betaalsystemen in de toekomst naast elkaar zullen gaan functioneren. Te zijner tijd zou het zelfs mogelijk kunnen zijn dat deze nieuwe systemen de OV-chipkaart in zijn geheel vervangen. Om een dergelijke overgang in de toekomst ordelijk te laten verlopen is een centrale regierol nodig. Dit is een taak van het rijk als systeemverantwoordelijke voor het openbaar vervoer. Door de OV-chipkaart in een amvb op te nemen wordt die rol formeel vastgelegd.
Doel van de consultatie
Doel van de consultatie is het toetsen van het draagvlak voor de concept-AMvB.
Over de concept-AMvB is reeds overleg gevoerd met de partijen uit het Nationaal Openbaar Vervoer Beraad, met consumentenorganisaties en Translink.
Parallel aan deze internetconsultatie wordt interdepartementaal overleg gevoerd met de ministeries van Financiën, Economische Zaken en Binnenlandse Zaken.
U bent van harte uitgenodigd een reactie op concept-AMvB en de nota van toelichting te geven.
Op welke onderdelen van de regeling wordt een reactie gevraagd
Uw reactie wordt in het bijzonder gevraagd op:
- De verplichting voor vervoerders om de OV-chipkaart aan te bieden in het openbaar vervoer (bus, tram, metro, trein en boot).
- De uitzonderingen op deze verplichting:
o openbaar vervoer dat met een auto wordt uitgevoerd ( voertuig voor max. 8 personen, de bestuurder niet meegerekend);
o openbaar vervoer dat met ontheffing buiten concessies om wordt uitgevoerd (zoals binnenlands lange afstandsvervoer van Eurolines en Flixbus).
Wilt u zo vriendelijk zijn uw reactie paragraafgewijs te geven, volgens de structuur van de Nota van Toelichting?