Subsidieregeling patiënten- en gehandicaptenorganisaties

Reactie

Vraag1

Reactie/bevinding MIND op internetconsultatie PG-subsidiekader 2024 – 2028

In het kort willen wij het volgende benadrukken. Onze volledige reactie, voorstellen en onderbouwing staan in de bijlage.

2.3 Subsidievoorwaarden
Ten minste 100 natuurlijke personen die per jaar elk tenminste € 25 bijdragen.
Deze eis is een te grote drempel voor de meerderheid van de lidorganisaties van MIND. Zie bijlage.

2.6 Subsidiebedrag
De instellingssubsidie bedraagt ten hoogste € 75.000 per aanvrager.
Bedrag ophogen tot € 100.000.
Dekking van vaste basiskosten uit de structurele PG-subsidie is belangrijk voor de stabiliteit en continuïteit van de organisatie.
Voor de stabiliteit en continuïteit is het daarnaast noodzakelijk dat het jaarlijks beschikbare subsidiebedrag bestaat uit het subsidiebedrag van voorgaand jaar opgehoogd met de OVA uit voorgaand jaar. De instellingssubsidie stijgt dan evenredig en in lijn met de jaarlijkse prijsindexatie.

2.8 Aanvraag tot subsidieverlening
Lid 5. Betreft noodzaak van wetenschappelijke documentatie. Dit lid kan vervallen. Het vijfde lid verschuift (onterecht) de invalshoek voor de bestaansgrond van een pg-organisatie van het ‘maatschappelijk perspectief van cliënten en naasten’ naar het ‘wetenschappelijk perspectief van professionals en onderzoekers’. Een pg-organisatie wordt primair gekenschetst door een gedeelde beleving en herkenning van een aspect van zorg of welzijn vanuit haar leden/donateurs. Het zou om de bestaansgrond vanuit ‘sociaal-maatschappelijk perspectief’ in plaats van ‘medisch-wetenschappelijk perspectief’ moeten gaan.

2.9 Subsidieverplichtingen
Activiteiten in het kader van lotgenotencontact zijn gratis toegankelijk voor iedereen die tot de doelgroep behoort.
De bedoeling hiervan is duidelijk, maar is te ruim gesteld. Een kleine geldelijke bijdrage voor het dekken van kosten van een bijeenkomst vergroot commitment en vermindert de kans op ‘no-show’. In dat laatste geval blijft de organisatie met kosten zitten die niet worden gedekt.

Citaat:
De informatievoorziening voor doelgroepen:
a. wordt digitaal kosteloos beschikbaar gesteld voor algemeen publiek;
b. is in lijn met de stand van wetenschap en medische praktijk; en
c. wordt in ieder geval aangeboden in de Nederlandse taal.
Punt b is te beperkt en zijn we het echt mee oneens. Hier moeten alle perspectieven worden meegewogen: wetenschap, cliëntenperspectief, naasten, praktijk en professionals.

Bijlage