wet natuur
Reactie
Naam | MSc A.W. van der Kruijf |
---|---|
Plaats | Amsterdam |
Datum | 13 november 2011 |
Vraag1
(1) Dragen de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de huidige natuurwetgeving bij aan de balans tussen ecologie en economie?(2) Is het voorliggende wetsvoorstel voor de praktijk duidelijk en uitvoerbaar?
(3) Heeft u verder nog opmerkingen over de inhoud van het wetsvoorstel en de toelichting?
1) Nee. Het voorstel voor de nieuwe Natuurwet voorziet in veel minder bescherming voor de natuur in Nederland. Het gaat niet verder dan wat is vereist op grond van het Europese recht en laat daarmee alle nationale ambities voor natuurbescherming vallen. De voorgestelde uitkleding van het natuurbeleid zorgt juist voor een onevenwichtige situatie waarin meer ruimte komt voor economie en minder voor natuur. In mijn ogen is er voor het bereiken van balans juist veel meer bescherming van de kwetsbare Nederlandse natuur nodig.
(2) Nee. Het wetsvoorstel creëert op veel punten meer onduidelijkheid voor burgers, bedrijfsleven en bestuurders. Verschillende passages in de wet kunnen op meerdere manieren worden uitgelegd. Zoals de bepaling dat verstoring van vogels alleen nog verboden is als het ‘van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort’.
(3) Het aantal bejaagbare vogelsoorten wordt uitgebreid met grauwe gans, kolgans en smient. Soorten waar Nederland een internationale verantwoordelijkheid voor draagt omdat een substantieel deel (bijvoorbeeld smient 50%, kolgans 70%) van de Europese populatie in Nederland broedt of overwintert. Deze soorten moeten niet als bejaagbare soorten worden aangewezen.
Natuurgebieden die niet onder Europese regels vallen, worden niet meer beschermd door het Rijk. De regeling voor beschermde natuurmonumenten (in totaal 66 gebieden met in totaal maar liefst 3.465 hectare) komt geheel te vervallen. Het wetsvoorstel moet aangepast worden om te verzekeren dat alle natuurgebieden in Nederland bescherming krijgen.
De afgewogen natuurbescherming die de afgelopen 100 jaar in Nederland tot stand is gebracht kent een breed draagvlak in de maatschappij. Miljoenen mensen zijn lid van natuurbeschermingsorganisaties en geven daarmee aan dat zij de natuurlijke leefomgeving op waarde schatten. In een dichtbevolkt Nederland is het van levensbelang om het kleine beetje natuur dat er is goed te beschermen. Niet alleen voor onszelf, maar ook voor de mensheid als geheel en toekomstige generaties. Als wij ons nationale natuurbeleid verder uitkleden wordt bovendien onze roep om grote natuurgebieden elders in de wereld te beschermen volstrekt ongeloofwaardig. En die bescherming wereldwijd is essentieel voor het behoud van biodiversiteit en het tegengaan van klimaatverandering. Nederland moet haar internationale voorbeeldfunctie serieus nemen en niet bezwijken onder de angst om meer te doen dan anderen.