wet natuur

Reactie

Naam ir. M.S. Herfst
Plaats Bennekom
Datum 9 november 2011

Vraag1

(1) Dragen de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de huidige natuurwetgeving bij aan de balans tussen ecologie en economie?
(2) Is het voorliggende wetsvoorstel voor de praktijk duidelijk en uitvoerbaar?
(3) Heeft u verder nog opmerkingen over de inhoud van het wetsvoorstel en de toelichting?
1) Nee. Dit voorstel voorziet in minder bescherming voor vogels en andere natuurwaarden dan vereist op grond van het Europese recht en internationale richtlijnen. Daarmee laat het alle nationale ambities voor natuurbescherming vallen. In ons dichtbevolkte land is een ijzersterke natuurwet nodig die bescherming biedt aan ons nationale natuurlijk erfgoed. “Aanvullend nationaal natuurbeschermingsrecht blijft noodzakelijk om natuurwaarden goed te beschermen” (hoogleraren Bastmeijer en Backes). Al decennia lang zijn wetenschappelijke rapportages verschenen waarin wordt aangegeven hoe natuurwaarde te vertalen naar economische waarde, opdat ook politieke boekhouders in staat kunnen zijn om natuur op zijn economische merites te beoordelen. Uit dit wetsvoorstel blijkt dat deze opgedane kennis volledig voorbij is gegaan aan zijn opstellers. Blijkbaar geldt dat wetenschap, onderzoek en kennis een linkse hobby is, waar de opstellers zich niet mee bezig wensen te houden. Afbraak, kaalslag en onherstelbaar verlies aan natuur- en economische waarde tot gevolg hebbende.
(2) Het wetsvoorstel creëert op veel punten meer onduidelijkheid voor een ieder. Verschillende passages in de wet kunnen op meerdere manieren worden uitgelegd. Zoals de bepaling dat verstoring van vogels alleen nog verboden is als het ‘van wezenlijke invloed is op de staat van instandhouding van de desbetreffende vogelsoort’. In handen van deze regering zou zo’n formulering, conform het christelijke gedachtengoed á la Noach, kunnen worden geïnterpreteerd als: zolang er nog twee exemplaren blijven bestaan is de soort gered.
(3) A. Het aantal bejaagbare vogelsoorten wordt uitgebreid met de grauwe gans, kolgans en smient, waarvoor Nederland een internationale verantwoordelijkheid draagt omdat een substantieel deel van de Europese populatie in Nederland broedt of overwintert. Aanwijzen van deze soorten als bejaagbaar is in strijd met internationale richtlijnen.
B. Natuurgebieden die niet onder Europese regels vallen, worden niet meer beschermd door het Rijk. De regeling voor beschermde natuurmonumenten komt zelfs geheel te vervallen. Het wetsvoorstel moet aangepast worden om te verzekeren dat alle natuurgebieden in Nederland de bescherming krijgen die zij verdienen.
C. Het is verbijsterend te constateren dat de afgewogen natuurbescherming die de afgelopen 100 jaar in Nederland tot stand is gebracht met een breed maatschappelijk draagvlak door deze wet bij de schroothoop wordt gezet.