Wijziging Besluit en Regeling uitvoering Wet invoering minimumuurloon
Reactie
Naam
|
Anoniem
|
Plaats
|
Hengelo
|
Datum
|
12 juli 2022
|
Vraag1
Er worden geen specifieke vragen voorgelegd.
In verband met het besluit dat hier ter consultatie ligt, is ook nog eens gekeken naar de betreffende Wet invoering minimumuurloon (Kamerstuk 35 335 A). In deze wet staat onder artikel 1H dat het minimumuurloon wordt vastgesteld door (A/B)/C. B is het aantal weken per maand dat wordt gesteld op 4,33.
Uit de Nota van Toelichting van het besluit dat nu ter consultatie ligt, onder de formule voor de socialezekerheidswetten, blijkt dat het UWV voor hun uitvoering uitgaat van 4,35 weken per maand. Ook andere sleutelwaarden kunnen worden gebruikt, afhankelijk van de betreffende regelgeving.
Salarisadministraties en de benodigde software proberen zeer nauwkeurig aan te sluiten bij de berekeningen vanuit het UWV of andere overheidsinstanties. Denk daarbij aan UWV-uitkeringen via de werkgever (werkgeversbetalingen) en subsidieregelingen. Ook arbeidsvoorwaardelijke afspraken kunnen van invloed zijn op de wijze waarop een uurloon in verhouding staat tot een maandloon. Door te werken met verschillende rekenmethodieken is het risico op fouten of afwijkingen groter. Daarbij is het verwarrend dat er met verschillende getallen wordt gerekend (4,33, 4,35, andere rekenmethodiek UWV). In de huidige wetgeving omtrent het minimumloon staat niets over de parameters, waarmee een uurloon afgeleid moet worden van een minimum maandloon (of andersom). Laten we proberen bij de nieuwe wetgeving en besluiten aan te sluiten bij bestaande wet- en regelgeving en niet nog een nieuwe waarde toevoegen. Uniformiteit voorkomt verwarring en fouten en zorgt voor duidelijkheid.
N.B. probeer op basis van de formule (A/B)/C het in de wet genoemde uurloon à € 10,60 eens te herleiden tot het referentiemaandloon à € 1653,60. Het bedrag is niet precies te herleiden. Het besluit zou m.i. een nadere specificatie kunnen geven over de wijze van herleiden en m.n. over de tussentijdse afrondingen.
• € 1653,60 / 4,33 / 36 = € 10,6081601
• Afgerond op 0,01 naar boven is dit 10,61 (wet stelt € 10,60)
Stel dat we het uurloon leidend laten zijn:
• € 10,60 x 36 x 4,33 = € 1652,33 (wet stelt € 1653,60)