Wet Voorschriften vrijstelling leerplicht bij richtingbezwaren

Reactie

Naam Anoniem
Plaats Amersfoort
Datum 15 juli 2020

Vraag1

Wat vindt u van dit wetsvoorstel?
Wij hebben een aantal bezwaren op basis van het voorstel dat er nu ligt. Dit zijn de belangrijkste:

1. Richtingsbezwaar
Wij zijn van mening dat thuisonderwijs mogelijk zou moeten worden voor iedereen. Zeker nu de overheid extra regels instelt om de kwaliteit van het thuisonderwijs te waarborgen en te controleren via de Onderwijsinspectie. Dit zou ook een oplossing kunnen bieden voor kinderen die thuis zitten om andere redenen zoals autisme, concentratieproblemen, pesten, faalangst etc. Dit komt dan in de praktijk neer op een ‘leerplicht’ i.p.v. een ‘schoolplicht’ en erkent thuisonderwijs als onderwijsvorm zoals veel andere landen ook doen.

2. Verplicht huisbezoek
Er is in het voorstel niet gespecificeerd of de huisbezoeken door de Onderwijsinspectie wel of niet vooraf worden aangekondigd. Wij geven thuisonderwijs uit geloofsovertuiging en daarom is het ontzettend belangrijk voor ons. Het idee dat de Onderwijsinspectie elk moment onverwachts kan langskomen en je kunt niet aangeven dat het niet uitkomt (in geval van ziekte, gepland uitje etc), geeft heel veel onrust en voelt zeer onprettig.
Wij zijn van mening dat er voldoende mogelijkheden zijn om te controleren, of er sprake is van een veilige leeromgeving, door het bezoek aan te kondigen of contact op te nemen voor een afspraak.

3. Kind aanwezig bij gesprek
Zoals eerder aangegeven, is het thuisonderwijs voor zowel ons als ouders, als onze kinderen, erg belangrijk. Dit geeft ook een bepaald ‘gewicht’ aan het gesprek met de leerplichtambtenaar. Wij zijn van mening dat het onnodig stress oplevert bij de kinderen als zij hierbij aanwezig moeten zijn. Daarom lijkt het ons beter als het kind niet verplicht is om hierbij aanwezig te zijn.

4. Leerling- en onderwijsvolgsysteem en tussentijdse toetsen bij 6 en 9 jaar
Wij zijn van mening dat het onnodig is om een leerling- en onderwijsvolgsysteem te verplichten, net als de tussentijdse toetsen op 6 en 9-jarige leeftijd. Dit zorgt voor onnodige administratieve druk, wat leraren in het onderwijs ook regelmatig aangeven. Er is al voldoende borging door middel van de bekwaamheidseisen van de thuisonderwijzer en het goedgekeurde onderwijsplan. In het onderwijsplan staan ook de vorderingen van het kind.
Door het verplichte systeem en de tussentijdse toetsen loop je ook het risico dat er meer naar de cijfers wordt gekeken dan naar het kind. Het ene kind leert beter en sneller dan het andere kind.